Jan IV de Baenst

politicus

Jan IV de Baenst (ca. 1440 - 1494 of 1495) was een Vlaams edelman en politicus.

Levensloop bewerken

Jan IV de Baenst, ridder van Sint-Joris-ten-Distel was de zoon van Jan III de Baenst en Margaretha de Fever.

Hij trouwde met Gertrude de Berlettes, dochter van ridder Thomas de Berlettes, president van de Raad van Vlaanderen. Ze hadden zes kinderen, met als oudste Jan V de Baenst.

Na het overlijden van zijn vader in 1486 erfde hij de heerlijkheden Sint-Joris-ten-Distel, Veldegoed, Zotschore en de Walschen te Beernem. Hij erfde ook het Brugse huis Sint-Joris in de Oude Burg, naast renten en gronden in Zeeuws-Vlaanderen en Henegouwen.

Hij was lid van het ridderlijk gezelschap Het Genootschap van de Witte Beer en nam deel aan de steekspelen in 1467, '68 en '69. Het eerste jaar won hij de hoofdprijs en werd forestier.

Stadsbestuur bewerken

Jan IV was actief in het Brugse stadsbestuur:

  • raadslid in 1467-68,
  • hoofdman van het Sint-Niklaassestendeel in 1485-86,
  • schepen in 1487-88.

Wellicht is het vanwege het odium dat op zijn vader rustte, dat hij nooit opklom tot het burgemeesterschap.

Tijdens de revolte in Brugge tegen Maximiliaan van Oostenrijk, vluchtte Jan IV, die een getrouwe van de aartshertog was, op 2 augustus 1490 uit de stad, samen met heel wat andere prominenten.

Zie ook bewerken

Literatuur bewerken

  • J. J. GAILLIARD, Bruges et le Franc, Volume I, Brugge, 1857.
  • Valentin VERMEERSCH, Grafmonumenten te Brugge tot 1578, Brugge, 1976.
  • Stefan VANDENBERGHE (red.), Het Hof van Watervliet in de Oude Burg te Brugge, Brugge, 1983.
  • René DE KEYZER, Het kasteel van Oostkerke, Brugge, 1984.
  • Paul DE WIN, Queeste naar de rechtrspositie van de edelman in de Bourgondische Nederlanden, in: Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, 1985, blz. 223-275.
  • Andries VAN DEN ABEELE, Het ridderlijk gezelschap van de Witte Beer, Brugge, 2000.
  • Jan DUMOLYN & Filip VAN TRICHT, De sociaal-economische positie van de laat-middeleeuwse Vlaamse adel: enkele trends, in: Handelingen van het genpootschap voor geschiedenis te Brugge, 2000, blz. 3-46.
  • Frederic BUYLAERT, Crisis en continuïteit. De strategie van adellijke staatsfeodale families in de crisis van de late 15e eeuw in de Bourgondische Nederlanden (1477-1492). Een vergelijkende case-study van de Vlaamse familie de Baenst en de Hollandse familie van Boschuysen, licentiaatsthesis (onuitgegeven), Universiteit Gent, 2003.
  • Jan DUMOLYN, Staatsvorming en vorstelijke ambtenaren in het graafschap Vlaanderen (1419-1477), Antwerpen, 2003.
  • Michiel NUYTENS, Inventaris van het archief van de familie de Baenst, Rijksarchief, 2004.
  • Frederic BUYLAERT, Sociale mobiliteit bij stedelijke elites in laatmiddeleeuws Vlaanderen. Een gevalstudie over de Vlaamse familie de Baenst, in: Jaarboek voor Middeleeuwse Geschiedenis, 2005, blz. 201-251.
  • Frederic BUYLAERT, Jan III de Baenst, hoveling en Brugs politicus, in: Nationaal Biografisch woordenboek, Deel XVII, Brussel, 2005, col. 44-49.
  • Jan DUMOLYN, P. DONCHE, E. BALTHAU & H. DOUXCHAMPS (uitgevers), De adel ingelijst. "Adelslijsten" voor het graafschap Vlaanderen in de veertiende en de vijftiende eeuw, in: Handelingen van de Koninklijke Commissie voor Geschiedenis, 2007, blz. 47-187.
  • Frederic BUYLAERT, Eeuwen van ambitie. De adel in laatmiddeleeuws Vlaanderen, Brussel, 2010.
  • Frederic BUYLAERT, Repertorium van de Vlaamse Adel (ca. 1350 - ca. 1500), Gent, 2011.
  • P. A. DONCHE, Edelen, leenmannen en vorstelijke ambtenaren van Vlaanderen, 1464 - 1481 - 1495, uitg. Donche, 2012.
  • P. A. DONCHE, Geschiedenis en genealogie van de familie de Baenst, vorstelijke en stedelijke ambtenaren van Vlaanderen 1305-1676, 2014.