Gebruiker:VincentBaas/Zandbak

Het Paleis op de Dam is een koninklijk paleis dat zich bevindt op de Dam in de binnenstad van Amsterdam.

Paleis op de Dam

Geschiedenis bewerken

Vóór 1648 lagen er in Amsterdam al plannen op tafel voor een nieuw stadhuis. Dit moest het oude, gotische stadhuis vervangen, dat al meerdere malen was uitgebreid en meer een bestuurlijke chaos dan een goed bestuur uitstraalde. Na de Vrede van Münster, het einde van de Tachtigjarige Oorlog, was de euforie onder Amsterdamse bestuurders zo groot dat men koos voor het meest ambitieuze plan. Door de beëindiging van de oorlog met de Spanjaarden bloeide de handel weer op en kwam er weer geld vrij voor een nieuw stadhuis.

De voorspoed en grote invloed van Amsterdam moest tot uiting komen in een op Romeinse bestuurlijke gebouwen geïnspireerd gebouw. Stadsbestuurders wilden de Griekse en Romeinse cultuur evenaren. Daarom moest het stadhuis rijkdom en aanzien uitstralen en men wilde bekende voorbeelden uit de Oudheid terugzien in het gebouw. Amsterdam werd in de 17e bestuurd door burgemeesters die gekozen waren uit de meest invloedrijke handelsfamilies van de stad. Zij zagen zichzelf als opvolgers van de Romeinse consuls. Hier hoorde volgens hen een eigentijds capitool bij. De Dam werd in navolging van het Romeinse capitool gekozen als bestuurscentrum.

Het ontwerp van Jacob van Campen werd uit acht ingezonden ontwerpen uitgekozen. Van Campens ontwerp werd mogelijk niet alleen gekozen vanwege de kwaliteit en symboliek, maar ook omdat hij afkomstig was uit een Amsterdamse patriciërsfamilie. De kritiek van de bevolking op alle, volgens hen overbodige, pracht en praal werd door de bestuurders weerlegd door te zeggen dat de decoraties in dienst stonden van het verbeelden van de schepping en dat alleen het allerbeste hier goed genoeg voor was. De technische uitvoering werd verzorgd door stadsbouwmeester Daniël Stalpaert. Van Campen kwam in 1654 in conflict met het stadsbestuur, waarna Stalpaert de volledige leiding kreeg.

 
De zilveren troffel

Het stadhuis werd geheel opgetrokken uit Bentheimer-zandsteen en rustte op 13.659 palen. De zilveren troffel, die door de vier burgemeesters bij het leggen van de eerste steen werd gebruikt, wordt nog steeds tentoongesteld. Dichter Joost van den Vondel wijdde in 1655, na de feestelijke inhuldiging op 29 juli, het gedicht Inwijdinge van 't Stadhuis t'Amsterdam aan het nieuwe stadhuis. Het gebouw was echter nog niet gereed, pas in 1665 werd de bouw afgerond. Aan de inrichting van alle vertrekken werd tot het begin van de achttiende eeuw gewerkt.

Exterieur bewerken

Tympana bewerken

De voor- en achtergevel van het paleis worden afgesloten door gebeeldhouwde tympana, met daar bovenop twee keer drie bronzen beelden. Het tympanon van de voorgevel bevat in het midden de stedenmaagd van Amsterdam, met in haar rechterhand een olijftak en in haar linkerhand het stadswapen met de drie kruisen. Op haar hoofd draagt ze de keizerskroon die keizer Maximiliaan I van het Heilige Roomse Rijk in de zestiende eeuw aan de stad had geschonken. Aan haar voeten liggen twee leeuwen en zeenimfen die lauwerkransen aanbieden. Achteraan is de zeegod Neptunus te zien, samen diverse waterdieren, onder meer een zwaan, otter, zeepaard en een krokodil. Dit reliëf moest de verheerlijking van Amsterdam door de zeeën of de triomf van Amsterdam over de zeeën uitbeelden.

Het tympanon van de achtergevel toont opnieuw de stedenmaagd, met achter haar een koggeschip. Op haar hoofd staat de gevleugelde hoed van Mercurius. Op het reliëf brengen de toen bekende werelddelen, Europa, Afrika, Azië en Amerika, hun schatten naar Amsterdam. Europa staat links afgebeeld als een vrouw met de hoorn des overvloeds, een paard en twee stieren. Daarnaast wordt Afrika voorgesteld als een man met een leeuw, papegaai, olifant en een aap. Aan de andere kant staat Azië als man met een kameel en een krokodil. Amerika wordt enkel weergegeven door een slaaf.

Bovenop elk tympanon staan drie beelden. Aan de voorzijde staat in het midden staat de Vrede, geflankeerd door de Prudentia en Justitia. De Vrede houdt een olijftak (symbool voor vrede) en de staf van Mercurius (welvaart / vrede) in haar handen. Prudentia draagt een spiegel en om haar arm is een slang gewikkeld. Beide zijn symbolen voor voorzichtigheid / wijsheid. De symbolen die Justitia draagt, een weegschaal en een stalend oog, staan voor rechtvaardigheid.

Prudentia en Iustitia maken deel uit van de vier door Plato opgestelde Kardinale deugden. De andere twee deugden waren in het oorspronkelijke ontwerp Temperantia en Fortitudo. Uiteindelijk werd Fortitudo vervangen door Vigilantia. Midden tussen deze twee beelden staat Atlas (mythologie)Atlas.

Interieur bewerken

Burgerzaal bewerken

Vierschaar bewerken

Restoratie en renovatie bewerken

Huidige functie bewerken