Dit is het persoonlijke kladblok van Meglosko.
Een kladblok is een subpagina van iemands gebruikerspagina. Het dient als testruimte voor de gebruiker en om nieuwe artikelen of langere toevoegingen aan bestaande pagina's voor te bereiden.

Let op: je kladblok opslaan gaat met de knop 'publiceren'. De pagina wordt daarmee nog niet in de openbare encyclopedie geplaatst en blijft een kladpagina. De kladblokpagina is wel zichtbaar (voor iedereen die wat meer van Wikipedia) en mag dus geen onoorbare dingen te bevatten.

Het is, ook in een kladblok, uitdrukkelijk niet toegestaan om zonder toestemming auteursrechtelijk beschermd materiaal van derden te publiceren.
Enkele handige links: Spiekbriefje | Snelcursus

Andere testplaatsen: De algemene zandbak | De probeerpagina van de snelcursus | De sjabloonzandbak

Louis Auguste Paule Rougier (Lyon, 10 april 1889 - Parijs, 14 oktober 1982) was een Frans filosoof. Zijn werk heeft vooral betrekking op de wetenschapsfilosofie en politieke filosofie. Hij was een Frans vertegenwoordiger van het logisch positivisme en organiseerde mee een aantal belangrijke conferenties van deze beweging in Parijs in 1935 en 1937. Hij was de organisator van het Colloque Walter Lippmann in 1938 dat aan de basis van het neoliberalisme lag.

Louis Rougier
Plaats uw zelfgemaakte foto hier
Persoonsgegevens
Naam Louis Auguste Paule Rougier
Geboren Lyon, 10 april 1889
Overleden Parijs, 14 oktober 1982
Land Vlag van Frankrijk Frankrijk
Functie Filosoof
Oriënterende gegevens
Discipline Wetenschapsfilosofie, politieke filosofie
Domein westerse filosofie
Tijdperk Hedendaagse filosofie
Stroming Conventionalisme, logisch positivisme, neoliberalisme, Nouvelle Droite
Belangrijkste ideeën Mystiques
Beïnvloed door Ernest Renan, Henri Poincaré, Gaston Milhaud, André Lalande
Beïnvloedde Alain de Benoist, Philipp Frank, Eric Voegelin
Portaal  Portaalicoon   Filosofie

Tijdens de Tweede Wereldoorlog kwam hij in opspraak door zijn banden met het Vichyregime. In een aantal geschriften beweerde hij dat hij geheime onderhandelingen verrichte tussen Philippe Pétain en Winston Churchill. Dat werd initieel door de Britse overheid ontkend en de ware aard van deze onderhandelingen, en hoe serieus Rougier daar bij betrokken werd, blijft onduidelijk. Rougier werd na de Tweede Wereldoorlog berecht en van zijn academische functie ontheven. Hij raakte als gevolg maatschappelijke geïsoleerd en begon zich vervolgens te associëren met extreem-rechtse denkers in Frankrijk, zoals Alain de Benoist.

Biografie bewerken

Rougier werd geboren in Lyon op 10 april 1889. Hij was het kleindkind van de liberale econoom Jean-Claude Paul Rougier (1826-1901), die onder meer La liberté commerciale, les douanes et les traités de commerce (1878) schreef en als eerste de leerstoel van politieke economie aan de universiteit van Lyon bekleedde. Zijn grootvader was ook vice-president van de Société d’économie politique et d’économie sociale in Lyon. Louis’ vader was dokter.

In latere interviews vertelt Rougier over hoe hij op vijftienjarige leeftijd La science et l’hypothese (1902) van Henri Poincaré ontdekte en La vie de Jésus (1863) van Ernest Renan. Hij zou ook al vroeg de zomer in Freiburg en München doorbrengen om er Duits te leren, en leest daar onder meer Friedrich Nietzsche. Zijn vroege interesse in lezen was vooral een product van bedledigheid door ziekte, waardoor hij bijvoorbeeld ook aan zijn dienstplicht in de Eerste Wereldoorlog ontsnapte.

Hij verliest door Renan zijn geloof en zou van huis weglopen met het plan om in Rome de Paus te ontmoeten in de hoop dat deze laatste hem van zijn ‘fout’ kon genezen. Hij wordt in Parijs teruggevonden.

Rougier zelf studeerde filosofie en natuurkunde in Lyon, waar hij diploma behaalde in 1909. Daar krijgt hij les van Edmond Goblot, een van weinige Franse filosofen die zich met logica bezighouden.

Rougier begint al vroeg te publiceren. Zijn eerste publicatie is het artikel "Henri Poincaré et la mort des vérités nécessaires" (1913). Ook publiceert hij over niet-euclidische meetkunde in de relativiteitstheorie in L’enseignement mathématique (1914). Al in 1921 werd werk van Rougier vertaald in het Engels. Het ging om "La matérialisation de l’énergie" (1917), waarin hij argumenteert dat het traditionele onderscheid tussen energie en materie opgeheven moet worden. De vraag naar de verhouding tussen beide was, met andere woorden, een pseudoprobleem.

Zijn doctoraat ontving hij in 1920 aan de Sorbonne voor Les paralogismes du rationalisme, met André Lalande als promotor (aangezien zijn oorspronkelijke promotor Gaston Milhaud in 1918 overleden was). Léon Brunschvicg zit in de jury. Het wint de Prix Joseph Saillet van de Académie des sciences morales et politiques. Ook zijn kleine thesis, La philosophie géométrique de Poincaré wordt hoog geacht.

Van 1917 geeft hij les in filosofie aan wiskunde aan lycée van Algiers. Van 1921 tot 1924 gaf hij les aan het Lycée français Chateaubriand te Rome. Rond deze periode had hij ook een positie in Lyon, via Edouard Herroit, in geschiedenis van religies. Daaruit zouden zijn werken rond Celsus komen.

In 1930 zal hij trachten te positie van van Goblot in Lyon over te nemen, aangezien hij zichzelf beschouwd als de natuurlijke opvolger van Goblot, maar dat faalt. De positie gaat naar Jean Wahl. Rougier geeft van 1934 tot 1936 in Caïro les geven en van 1935 tot 1937 in Genève aan l’institut des Etudes internationales.

Bibliografie bewerken

  • 1919. La matérialisation de l'énergie: essai sur la théorie de la relativité et sur la théorie des quanta.
    • 1921. Philosophy and the new physics; an essay on the relativity theory and the theory of quanta.
  • 1920. La philosophie géométrique de Henri Poincaré.
  • 1920. Les paralogismes du rationalisme: essai sur la théorie de la connaissance.
  • 1921. En marge de Curie, de Carnot et d'Einstein: études de philosophie scientifique.
  • 1921. La structure des théories déductives; théorie nouvelle de la déduction.
  • 1924. La scolastique et le thomisme.
  • 1929. La mystique démocratique, ses origines, ses illusions.
  • 1933. L'origine astronomique de la croyance pythagoricienne en l'immortalité céleste des âmes.
  • 1938. Les mystiques économiques; comment l'on passe des démocraties libérales aux états totalitaires.
  • 1945. Les accords [[[Philippe Pétain|Pétain]], Churchill: historie d'une mission secrète.
  • 1945. Créance morale de la France.
  • 1947. La France jacobine.
  • 1947. La défaite des vainqueurs.
  • 1947. La France en marbre blanc: ce que le monde doit à la France.
  • 1948. De Gaulle contre De Gaulle.
  • 1954. Les accord secrets franco-britanniques de l'automne 1940; histoire et imposture.
  • 1955. Traité de la connaissance.
  • 1957. L'épuration.
  • 1959. La religion astrale des Pythagoriciens.
  • 1960. La métaphysique et le langage.
  • 1966. Histoire d'une faillite philosophique: la Scolastique.
  • 1969. Le Génie de l'Occident: essai sur la formation d'une mentalité.
    • 1971. The genius of the West.
  • 1972. La genèse des dogmes chrétiens.
  • 1980. Astronomie et religion en Occident.

Bronnen bewerken

  • Allais, Maurice (1990). Louis Rougier, prince de la pensée. Lourmarin de Provence: Les Terrasses de Lourmarin.
  • Marion, Mathieu (2004). "Investigating Rougier". Cahiers d'épistémologie. Université du Québec à Montréal (n° 2004–02).
  • Mehlman, Jeffrey (2000). Emigre New York: French Intellectuals in Wartime Manhattan, 1940-44. Baltimore and London: Johns Hopkins University Press. ISBN 0-8018-6286-8.
  • Dewulf, Fons & Simons, Massimiliano. (2021). "Positivism in Action: The Case of Louis Rougier," HOPOS: The Journal of the International Society for the History of Philosophy of Science, 11(2).

Categorie:20e-eeuws filosoof Categorie:Frans filosoof Categorie:Politiek filosoof Categorie:Wetenschapsfilosoof Categorie:Wiener Kreis