Gebruiker:Djus1208/Kladblok

Het Uilenspiegelmuseum, gelegen in de middeleeuwse stad Damme, brengt vijf eeuwen Tijl Uilenspiegel in beeld. Het museum gaat van Dyl Eulenspiegel over de Vlaamse volkziel van Charles De Coster tot Uilenspiegel na de Coster.

Situering bewerken

Het Uilenspiegelmuseum brengt vijf eeuwen Tijl Uilenspiegel in beeld. Als symbool voor volksziel en fratsenmaker dwaalde Tijl samen met Nele en zijn trouwe vriend Lamme Goedzak doorheen Damme en omstreken. Sinds de 17e eeuw bestaat er een sterke Uilenspiegeltraditie in het West-Vlaamse Damme. Niettemin zou Tijl volgens de geschiedenis in Damme geboren zijn. Het museum zelf bevindt zich in Huyse de Grote Sterre te Damme. Op 1 februari 2004 werd het grondig vernieuwde Uilenspiegelmuseum plechtig ingewijd.

Geschiedenis Tijl Uilenspiegel bewerken

Iets meer dan 500 jaar geleden verscheen in Straatsburg 'Ein kurzweilig Lesen von Dyl Ulenspiegel'. Dit boek van Hermann Bote, dat de oudste publicatie is waarin Tijl Uilenspiegel vermeld wordt, werd per toeval ontdekt. De naam 'Uilenspiegel' heeft verschillende betekenissen gaande van 'uilengezicht' tot 'iemand die een spiegel voorhoudt van een samenleving beheerst door de uil'.

De Nederduitse Dyl Ulenspiegel ontstond omstreeks 1510/11. Dyl Ulenspiegel is een brutale schruk, die de regels van de opkomende burgerij systematisch aan zijn laarzen lapte. Met deze figuur wil de sociaal-conservatieve Bote een waarschuwende spiegel voorhouden: wees niet als Ulenspiegel! Het werk van Bote, afkomstig uit Straatsburg, raakte via Antwerpen en de Nederlandse bewerking verspreid over heel Europa. De prozadruk kent een geweldig succes. De scherpe kanten van de duivelse schalk worden afgevlakt tot schelmenstreken van een guitige grappenmaker.

Charles De Coster vangt zijn meesterlijke legende aan met het volgende: "Ter Damme, in Vlaanderen, toen de meimaand de bloesems aan de hagedoorns opende, werd Uilenspiegel, de zoon van Klaas geboren."

 
Tijl werd tot 3 maal gedoopt

In 1867 werd Uilenspiegel onder de pen van Charles De Coster het symbool van de Vlaamse volksziel. Samen met Nele en Lamme Goedzak zwerft de ontembare geus en fratsenmaker doorheen Vlaamse velden. Met de roman van De Coster, La Légende d’Ulenspiegel 1867, ondergaat de eeuwenoude traditie een vernieuwing. Tijl wordt de opposant van de fanatieke Spaanse koning Filips II en duikt op in de frontlinie van de Nederlandse opstand. Al dan niet geïnspireerd door De Coster wordt hij van dan af voor de meest uiteenlopende karren gespannen: hij wordt zowel een kritische individualist als een strijdend proletariër, zowel een vertegenwoordiger van het ‘Herrenvolk’ als een verzetsheld tijdens de Tweede Wereldoorlog. Daarnaast wordt hij ook het hoofdpersonage van kinder- en jeugdverhalen, de vedette van stripverhalen, de held van films, theaterstukken, musicals, oratoria en liederen. Een ding hebben al deze dingen gemeen: telkens hij verschijnt, gebeurt er iets.

Het museum bewerken

Het Uilenspiegelmuseum is opgedeeld in 5 zalen.

 
Uitgangsbord uilenspiegelmuseum

 

Zaal 1: De moderne beeldvorming rond uilenspiegel bewerken

De eerste zaal bestaat voornamelijk uit een banier en een vitrine, deze banier en vitrine bespreken Uilenspiegel hedendaags. Daarnaast zijn er enkele panelen aanwezig in zaal 1. Deze panelen betreffen verhalen uit de stripverhalen van Willy Vandersteen ondermeer 'Opstand der geuzen (1951)' en 'een guerrillero uit Damme'. Tot slot wordt het verhaal besproken van 'hoe Uilenspiegel op een koord danste'.

Zaal 2: Het stedelijke beschavingsoffensief in de 15e eeuw - 16e eeuw bewerken

Deze zaal bespreekt de wereld op drift, de wereld op zijn kop en de platvloerse lach als wapen. Het verhaal die in deze zaal beschreven wordt betreft deze van Uilenspiegel die in een bijenkorf gestolen werd. De deugniet had zich achteraan in een tuin aan de Damse vaart verstopt voor boze Dammenaars en zijn moeder. Diezelfde nacht slopen twee dieven de tuin in om één der bijenkorven vol honing te stelen. Natuurlijk werd dit de zwaarste ton, met daarin Uilenspiegel. Hieronder worden de wereld op drift, de wereld op zijn kop en de platvloerse lach als wapen verder besproken.

'De wereld op drift' Op dit paneel worden de zeven hoofdzonden van Jeroen Bosch (gestorven in 1516) besproken. Het schilderij is door het Uilenspiegelmuseum gemanipuleerd door het middelste tafereel te vervangen door een moderne spiegelconstructie. Door in de spiegel te kijken, worden de bezoekers geconfronteerd met hun eigen beperkingen.

'De wereld op zijn kop' Door middel van een grote puzzelconstructie kan ''Bruegels Spreekwoordenschilderij'' (1559) herkent worden. Aan de hand van een reek volgsgezegden waarschuwt Pieter Bruegel voor een samenleving die wordt beheerst door dwaasheid, bedrog, eigenbelang, schijnheiligheid en opportunisme.

'De platvoerse lach als wapen' In de laat-middeleeuwse cultuur werd grove humor gebruik als wapen om onbeheerst gedrag te hekelen. Veel teksten en illustraties staan er bol van. Aan de hand van teksten en taferelen op dit paneel wordt dit duidelijk gemaakt.

Zaal 3: Bote en Eulenspiegel bewerken

De Uilenspiegeltraditie moet al voor Hermann Bote bestaan hebben, hij moet er zijn versie op gebaseerd hebben. In Duitsland evolueerde Dyl zich langzamerhand tot een nar die mensen uitnodigt om in de spiegel te kijken. In deze zaal wordt voornamelijk het verhaal van Hermann Bote verteld, alsook het uilenspiegeltraject wordt besproken. Daarnaast kunnen we een reconstructie van de grafsteen van Mölln bezichtigen. Onder een zelfde steen zou de historische Ulenspiegel begraven liggen.

Zaal 4: De ontwikkeling van het Nederlandse volksboek van de 16e eeuw - 19e eeuw bewerken

De vierde zaal wordt min of meer opgedeeld in twee delen. Deel 4A en deel 4B.

Deel A betreft de 'ontwikkeling van het Nederlandse volksboek'. Dit gaat, zoals de titel doet aflezen, over de geboorte van Tijl Uilenspiegel als het symbool van de Vlaamse volksziel. Deel B bespreekt de biografie van Charles De Coster, de tijd waarin deze romanschrijver leefde en de ontpopping van Tijl als schelmse Dammenaar tot een geus. Charles De Coster werd geboren op 20 augustus 1827. Voor onze streken was dit een bewogen tijd, zowel op politiek als op wetenschappelijk vlak. Charles groeide op in Brussel waar hij zich bewoog in kringen van militante metselarij. Tijdens zijn leven kende Charles geen succes met zijn uitgaven van La Légende d'Ulenspiegel daterend van 1867/69. Bij de Coster ontpopte de schelmse Dammenaar zich tot een geus, die strijdt tegen het fanatisme van de inquisitie en tegen de verdrukking door de Spaanse vorst. In het werk zit ook een diepere boodschap.


Zaal 5: Uilenspiegel na Charles De Coster bewerken

In de vijfde en laatste zaal van het Uilenspiegelmuseum wordt Tijl Uilenspiegel besproken na het succesverhaal van Charles De Coster. Op een groot paneel in de zaal worden een aantal van de vele Uilenspiegelgezichten gaande van de nar over de strijder tegen…, tot een reclame voor smeerkaas. Ook in enkele vitrines worden de verschillende beeldvormingen rond deze volksziel aan de hand van teksten en illustraties duidelijk gemaakt.

In de zaal wordt ook het verhaal besproken van hoe tijl Uilenspiegel achter zijn vader op een ezel zat. Uilenspiegel groeide op tot een echte kwajongen. Van 's morgens vroeg tot 's avonds laat was hij op straat of langs de Damse vaart aan het stoeien en ravotten. Het werd uiteindelijk zo erg dat de buren van Tijl en het hele dorp gingen klagen bij Claes en Soetkin, de ouders van Tijl. Tijl zijn vader begreep er niets van. De kleine Tijl legde zijn vader uit dat het niet zijn schuld maar dat van het dorp was. "Al die mensen hebben een pik op mij" zei hij tegen Claes. Hij zou dit bewijzen door een ritje te maken achter op de ezel van Claes. "Alle mensen zullen mij blijven uitschelden voor nietsnut" zei de kleine Tijl. En zo gebeurde het. Claes zette zijn zoon achter op de ezel en reed met hem door het dorp. De buren konden hun ogen niet geloven, zeker toen Tijl voorzichtig zijn broek los deed en zijn bloot gat liet zien. "Wat een onbeschaamde rakker!" riepen ze. "Dat ventje durft nogal" zeiden enkelen. "Zie je het nu zelf?" vroeg de kleine jongen aan zijn vader. En zo bewees Tijl aan zijn vader Claes zijn "gelijk".

Fotogalerij bewerken

Zie ook bewerken

Externe links bewerken