Deens-Hanzeatische Oorlog (1361-1370)

De Deens-Hanzeatische Oorlog duurde van 22 juli 1361 tot 24 mei 1370 en eindigde met de vrede van Stralsund. De oorlog was het gevolg van de expansiepolitiek van koning Waldemar IV van Denemarken (1340-1375).

Deens-Hanzeatische Oorlog
Deens-Hanzeatische Oorlog
Datum 22 juli 1361 - 24 mei 1370
Locatie Zuid-Oostzee en Sont
Resultaat 1e fase (1361-1365): overwinning van Denemarken
2e fase (1367-1370): overwinning van de Hanze
Strijdende partijen
Denemarken
Noorwegen
Hanze
Zweden
Leiders en commandanten
Waldemar IV Johann Wittenborg

Achtergrond

bewerken

Sinds de jaren dertig van de veertiende eeuw was Denemarken een rompstaat. Door omstandigheden kon Waldemar IV territorium heroveren en met de dood van koning Erik XII van Zweden in 1359 kon hij Skåne (Zuid-Zweden) bemachtigen. Waldemar werd overmoedig en in 1361 veroverde hij Visby op het eiland Gotland en kwam zo in conflict met het handelsverbond de Hanze.

Verloop

bewerken

Na moeilijke onderhandelingen verklaarde de Hanze de oorlog. De Hanze was verdeeld en in de eerste fase moest ze het onderspit delven. In 1362 probeerde admiraal Johann Wittenborg met 50 schepen de havenstad Helsingborg te veroveren, tevergeefs.

In 1367 tijdens de Hanzedag werd een militair samenwerkingsverbond opgericht, de confederatie van Keulen. Ook koning Haakon VI van Noorwegen sloot zich erbij aan. In 1368 veroverde de confederatie Kopenhagen en in 1369 Helsingborg. Intussen was koning Waldemar het land uitgevlucht, de hofraad bood vredesonderhandelingen aan.

Vervolg

bewerken

De Hanze was relatief mild. In 1374, een jaar voor zijn dood, mocht Waldemar terugkeren naar zijn land. Met de oorlog bewees de Hanze dat er ook met hen militair rekening moest worden gehouden. De confederatie bleef tot 1385 actief. Bang voor de steeds groter wordende Duitse dominantie, richtten de drie Scandinavische koninkrijken, Denemarken, Zweden en Noorwegen in 1397 de Unie van Kalmar op.