De briesende bruid

stripalbum van Willy Vandersteen

De briesende bruid is het vijfenzeventigste stripverhaal uit de reeks van Suske en Wiske. Het is geschreven door Willy Vandersteen en gepubliceerd in De Standaard en Het Nieuwsblad van 9 september 1968 tot en met 17 januari 1969.

De briesende bruid
Stripreeks Suske en Wiske
Volgnummer 75
Scenario Willy Vandersteen
Tekeningen Willy Vandersteen
Lijst van verhalen van Suske en Wiske
Portaal  Portaalicoon   Strip

De eerste albumuitgave in de Vierkleurenreeks was in april 1969, met nummer 92.

Locaties bewerken

  • Brabant in de tijd van de ridders, gebied van de edelmannen (kasteel van blauwbaard), Midden-Oosten met woestijn, concertgebouw, hangar op vliegveld.

Personages bewerken

Suske, Wiske, tante Sidonia, Lambik, Jerom, professor Barabas, Fred van Telramund, koning Henderik, de Zwaanridder (Lohengrin), Blauwbaard, Anna (huishoudster) en haar twee broers, Diana en haar vader (Britse toeristen), sjeik El Rui-Genteen, sjeik El Plé-Buij, Bagdada (paard), Anthony Fokker, Slabovitch en Snobiënski, Fritz, Fé Holksong, Willy Vandersteen (Amor).

Uitvindingen bewerken

In dit verhaal wordt de teletijdmachine gebruikt.

Het verhaal bewerken

Leeswaarschuwing: Onderstaande tekst bevat details over de inhoud of de afloop van het verhaal.

Tante Sidonia krijgt een mysterieus telefoontje van Amor op een oude – niet aangesloten – telefoon op zolder. Niemand gelooft haar en ze besluit met de teletijdmachine op zoek te gaan naar een geschikte man. Suske en Wiske helpen haar als ze vertrekt naar het Brabant in de middeleeuwen. Ze hoort dat de hertog van Brabant een ongeluk heeft gehad en zijn dochter zal trouwen met Fred van Telramund. Tante Sidonia stelt zich voor als Else van Brabant en Fred denkt dat zij zijn beloofde vrouw is. Dan arriveert koning Henderik en de zwaanridder wil vechten voor de hand van Sidonia. Tante Sidonia wil weten wie de zwaanridder is, maar hij moet vertrekken als iemand zijn geheim weet. Hij vertelt dat hij in de burcht van Montsalvat woont, zijn vader is Parcival en hij heet Lohengrin. Tante Sidonia wordt door Lambik en Jerom teruggeflitst, terwijl ze nog niet klaar is met haar zoektocht.

Na het tijdperk van de ridders wil tante Sidonia naar het tijdperk van de edelmannen en ze komt bij een kasteel. Ze ziet Zwartbaard waarop ze zich vermomt als heks. Zwartbaard nodigt haar uit op zijn kasteel en de markies stelt haar voor aan de huishoudster, Anna. Ze mag overal komen en krijgt de sleutels van het kasteel, maar één kamer is verboden terrein. Anna vertelt dat er al zeven vrouwen zijn verdwenen en tante Sidonia gaat naar de verboden kamer. Zwartbaard komt terug door een regenbui en tante Sidonia ziet dat zijn baard is nat geworden, het is Blauwbaard en ze vlucht met Anna naar de toren. Anna wacht op haar broers, maar Lambik ziet alles en komt te hulp. Net voordat hij wordt geraakt door Blauwbaard worden hij en Sidonia teruggeflitst.

Lambik en Jerom brengen tante Sidonia naar een verlaten steenbakkerij in de polder, zodat ze niet weer met de teletijdmachine op pad kan. Maar Suske en Wiske komen met haar in contact en ze bevrijden Sidonia. Ze verkleedt zich opnieuw en gaat naar het Midden-Oosten van het begin van de 20ste eeuw. Ze ontmoet Diana en haar vader, twee Britse toeristen, die overvallen worden door sheik El Rui-Genteen. Tante Sidonia offert zich op en wordt ontvoerd. Maar als ze ontdekt dat de sjeik al oud is probeert ze onder het huwelijk uit te komen, alhoewel ze Bagdada − het beste paard van de sjeik − krijgt aangeboden. Ze ziet een foto van sjeik El Plé-Buij, de aartsvijand van haar toekomstige man, en vindt hem erg knap.

Tante Sidonia laat zich ontvoeren door sjeik El Plé-Buij en komt in zijn kamp, waar ze het paard laat gaan. Maar als deze sjeik hoort dat het paard niet van haar was, wil hij niet meer met tante Sidonia trouwen. Hij wil haar nu ruilen tegen het paard en stuurt een boodschapper naar sjeik El Rui-Genteen. Die weigert de ruil en tante Sidonia wordt alleen in de woestijn achtergelaten. Lambik en Jerom komen te hulp en verslaan de mannen van sjeik El Plé-Buij en helpen tante Sidonia net op tijd. Samen worden ze weer naar het laboratorium geflitst. Tante Sidonia zegt dat ze zich gaat bezinnen, maar daarna wil ze weer een man zoeken. Ze zoekt het telefoontoestel weer op om weer met Amor te spreken.

Suske repareert het telefoontoestel en tante Sidonia vraagt om een beroemdheid als toekomstige man. Ze reist weer door de tijd, nu naar het begin van de twintigste eeuw. Daar redt ze iemand die neerstort met zijn DVII. Ze ontmoet iemand en praat over Anthony Fokker, een luchtvaartpionier. De man vertelt dat hij Fokker is, waarop Sidonia vertelt dat ze een boek over hem wil schrijven. Fokker vraagt Sidonia ten huwelijk, maar hij heeft zijn fortuin belegd in zijn nieuwste vliegtuig. De Duitse regering heeft beslag gelegd op het vliegtuig en dat moet eerst over de grens worden gebracht voordat het huwelijk kan plaatsvinden. Tante Sidonia biedt aan het vliegtuig de grens over te brengen. Fokker belt met Slabovitch (hij noemt zichzelf Snobiënski).

Tante Sidonia komt als journaliste in de loods en vraagt Fritz de hangar te openen. Dan ontsnapt ze met het vliegtuig (de DR1), maar een man in het zegt dat hij Fokker is en tante het slachtoffer is geworden van twee spionnen. Tante Sidonia slaat de nep-Fokker neer als ze landt en komt in een vuurgevecht met een handlanger. Ze kan toch nog veilig landen en ziet Anthony rennen, maar als ze haar armen opent rent hij voorbij. Anthony gaat rechtstreeks naar het vliegtuig en tante Sidonia wordt weer teleurgesteld naar het laboratorium geflitst. Tante Sidonia is erg triest en komt per toeval bij een concert van Fé Holksong terecht. De zanger is erg knap, maar als ze alle aandacht voor de popster ziet vertrekt ze snel.

Suske en Wiske komen Fé tegen in het park, hij huilt omdat de vrouw van zijn dromen snel vertrok na zijn concert. Suske en Wiske beseffen dat hij tante Sidonia beschrijft en ze nemen hem mee naar huis. Lambik en Jerom zoeken tante, die net is vertrokken met de trein naar Parijs. Jerom houdt haar tegen en ze brengen haar naar Fé, die tante al snel ten huwelijk vraagt. Suske en Wiske maken het toilet van tante Sidonia, en in een mooie witte jurk trouwt ze met Fé in het stadhuis.

Als tante en Fé naar de kerk willen gaan gebeurt er iets vreemds: alles wordt wit. Het blijkt dat Willy Vandersteen alles heeft uitgegumd, omdat Sidonia's huwelijk ook het einde van de stripreeks zou betekenen. Alles wordt dus terug zoals het vroeger was en Sidonia herinnert zich niets meer van de voorbije gebeurtenissen. De telefoon is in de vuilnisbak beland.

Achtergronden bij het verhaal bewerken

Uitgaven bewerken

Publicaties
Krant of tijdschrift Nummer Publicatiedatum Voorganger Opvolger
De Standaard / Het Nieuwsblad 9 september 1968 - 17 januari 1969 Tedere Tronica De junglebloem
De Stem 15 november 1968 - ? 1969 ? ?
Het Nieuwsblad van het Zuiden 46 20 november 1968 - 29 maart 1969 Tedere Tronica De junglebloem
Het Binnenhof 13 10 december 1968 - 22 april 1969 Tedere Tronica De junglebloem
Albumuitgaven
Stripreeks of collectie Nummer Eerste druk Voorganger Opvolger
Vierkleurenreeks 92 april 1969 De speelgoedzaaier De snorrende snor
Suske en Wiske Collectie 7 1986
Uitgave voor Dixan. Persil en Silan 92 september 1994

Externe link bewerken

Voetnoten bewerken