Generale Bank

Belgische bank (1934-1999)

De Generale Bank was een Belgische bank die van 1934 tot 1999 bestond. De bank is opgegaan in een groter geheel en gaat thans verder onder de naam BNP Paribas Fortis.

Logo van de Generale Bank

Geschiedenis

bewerken

De Generale Bank werd in 1934 opgericht door de Generale Maatschappij van België die haar bankactiviteiten in een aparte nv, Bank van de Generale Maatschappij van België, wilde onderbrengen.

In 1965 fuseerde de Bank van de Generale Maatschappij van België met de Bank van Antwerpen en de Belgische Bankmaatschappij tot de Generale Bankmaatschappij. De fusiebank richtte zich voortaan ook op particulieren. In 1985 werd de naam Generale Bank aangenomen.

Fusiegesprekken met AMRO Bank

bewerken

In mei 1987 werd de Generale Bank benaderd door de AMRO Bank.[1] Bestuursvoorzitter Roelof Nelissen kende de voorzitter van het directiecomité Eric de Villegas de Clercamp (1924-1993) van de Generale Bank goed. Beide banken waren groot in eigen land, maar internationaal was hun positie beperkt. Met de komende Europese eenwording zou de combinatie sterker komen te staan met een balanstotaal van 250 miljard gulden, waarmee het binnen Europa de op drie na grootste bank zou worden.[1] Onenigheid was er wel over de groeistrategie: voor de Generale Bank lag de nadruk op Europa, terwijl AMRO Bank mondiale aspiraties had. De betrokkenheid van de aandeelhouders van de Generale Bank bemoeilijkte de gesprekken. Zowel de Generale Maatschappij van België als andere groepen aandeelhouders waaronder Assurances Générale, speelden hierbij een belangrijke rol.[1] De gesprekken werden in het geheim gevoerd en vorderden langzaam.

In januari 1988 deed Carlo de Benedetti een vijandelijk bod op de Generale Maatschappij. Sterke druk op de fusiepartners leidde ertoe dat voorlopige plannen op 12 februari 1988 naar buiten werden gebracht.[1] Er werd een samenwerkingsovereenkomst getekend waarbij Generale Bank en AMRO Bank streefden naar een bancaire combinatie binnen drie jaar. De eerste stap was de oprichting van een gemeenschappelijke houdstermaatschappij onder de naam Tuba Holding International.[1]

In het eerste halfjaar van de alliantie werd nog vooruitgang geboekt. Met het vertrek van de Villegas de Clercamp verloor de alliantie een belangrijke partner. Zijn opvolger Paul-Emmanuel baron Janssen was terughoudender.[1] Er kon geen overeenstemming worden bereikt over de internationale expansie en over de kosten en financiële structuur van de combinatie. In de zomer van 1989, na anderhalf jaar praten, verloor de AMRO Bank het vertrouwen in een goede afloop en in september 1989 werd op een persconferentie een einde gemaakt aan de alliantie.[1]

Generale Bank Nederland

bewerken

In 1995 kreeg de bank vaste voet in Nederland door de overname van de Crédit Lyonnais Bank Nederland (CLBN).[2] De laatste naam verdween waarvoor Generale Bank Nederland in de plaats kwam. CLBN telde 79 vestigingen. De overname had geen gevolgen voor de werkgelegenheid. Het lopende reorganisatieplan van CLBN, dat voorzag in een afslanking zonder gedwongen ontslagen tot 2.100 banen in 1996, werd gewoon uitgevoerd.[2] De bestuursvoorzitter van CLBN, W. van Driel, stapte op en werd opgevolgd door Marc Gedopt. Gedopt werkte sinds 1986 bij de Generale Bank.[2] De Generale Bank nam niet alles over, de dubieuze kredieten, vooral in de filmsector en in het Verenigd Koninkrijk, bleven buiten de overname.[2] De Generale Bank betaalde 1,2 miljard gulden, dat was ongeveer vijftien keer de verwachte jaarwinst van CLBN in 1995.[2]

Fortis had ook een poging gedaan CLBN te kopen. De Nederlands-Belgische bank-verzekeraar had in de vroege fase van het verkoopproces honderden miljoenen minder geboden voor CLBN, maar voerde de prijs steeds verder op.[2] Uiteindelijk was het verschil tussen het bod van Generale Bank en Fortis zeer klein.[2] Oud-CLBN-topman Van Driel noemde de handelswijze van Fortis 'onhandig'.[2]

Overname Generale Bank

bewerken

In 1998 gaf de grootaandeelhouder van de bank, Generale Maatschappij van België die in 1998 in handen was gekomen van Compagnie de Suez, aan het controlerend belang van 30% in de bank te willen verkopen. Maurice Lippens van Fortis had goede banden met de topman van Suez, Gérard Mestrallet, en bereikte snel een akkoord.[3] In mei 1998 bracht Fortis, na maanden moeizame onderhandelingen en met tegenzin van het directiecomité van de bank, een bod uit van 22 miljard gulden in aandelen.[4] ABN AMRO bracht kort daarop een tegenbod uit van 24 miljard. Tevoren had ABN AMRO uitgebreid gesproken met het directiecomité van de Generale Bank en de laatste zou de Europese banken van de combinatie gaan aansturen. De leiding zou in handen komen van Rijkman Groenink (ABN AMRO) en Fred Chaffart van de Generale Bank zou vicevoorzitter worden.[4] Het directiecomité had echter een minderheid in de raad van bestuur, te vergelijken met de raad van bestuur én raad van commissarissen in Nederland. Nadat Fortis het bod had verhoogd tot zo'n 28 miljard gulden,[3] stemde de meerderheid van de raad van bestuur van de Generale Bank voor het bod van Fortis.[4] In 1998 werd de koop afgerond. Op 23 juni 1999 fuseerden alle bankbedrijven van Fortis, maar op straat was de fusie pas op 21 maart 2000 te zien, toen voortaan de naam Fortis Bank werd gebruikt.

Huidige situatie

bewerken

In 1999 ontstond de Fortis Bank uit de fusie van de Generale Bank en de ASLK in België, en van de Generale Bank Nederland, VSB Bank en MeesPierson in Nederland. Tijdens de kredietcrisis raakte de moedermaatschappij Fortis in grote financiële problemen door zich te vertillen aan de overname van ABN AMRO Bank N.V. met uiteindelijk een nationalisatie van zichzelf en de net overgenomen onderdelen uit de ABN AMRO boedel als gevolg. De bankactiviteiten van het concern werden gesplitst in een Belgisch en Nederlands deel. De Belgische activiteiten kwamen aanvankelijk in handen van de Belgische staat. Sinds 2009 maakt het onderdeel uit van de Franse bank BNP Paribas en gaat verder onder de naam BNP Paribas Fortis.

Bestuur

bewerken
Periode Voorzitter van het directiecomité
1934 - 1939 Alexandre Galopin
1939 - 1944 Willy de Munck
1944 - 1950 Jules Bagage
1951 - 1963 Pierre de Bonvoisin
1963 - 1969 Jules Dubois-Pélerin
1969 - 1976 Robert Henrion
1977 - 1979 André Rostenne
1980 - 1988 Eric de Villegas de Clercamp
1989 - 1991 Paul-Emmanuel Janssen
1992 - 1999 Fred Chaffart
Periode Voorzitter
1980 - 1991 Jacques Groothaert
1991 - 1999 Paul-Emmanuel Janssen