Verdrag van Wallingford

Vredesverdrag in oorlog om erfopvolging troon van Engeland, 1153

Het Verdrag van Wallingford, ook wel het Verdrag van Winchester, was een juridische overeenkomst die in 1153 tussen de om de erfopvolging strijdende partijen in het koninkrijk Engeland werd gesloten, om een eind te maken aan de burgeroorlog die bekend kwam te staan als de Anarchie.

De ruïnes van het kasteel van Wallingford

Voorgeschiedenis bewerken

Nadat koning Hendrik I van Engeland in 1135 zonder duidelijke erfgenaam overleden was, kroonde diens neef Stefanus van Blois zich tot koning. Dit leidde tot een conflict tussen Stefanus en de dochter van Hendrik I, Mathilde van Engeland, wier zoon tot erfgenaam van Engeland was benoemd. Hierdoor volgde een burgeroorlog die zich in totaal achttien jaar lang voortsleepte zonder dat een van de partijen een significante overwinning behaalde. In 1153 waren de baronnen in Engeland de eindeloze oorlog beu en verlangden ze naar vrede.[1]

Koning Stefanus zette echter onverminderd de strijd door en streed tegen Brian Fitz Count in Wallingford. Hendrik Plantagenet was ook met zijn leger in het gebied actief, maar het kwam niet tot een treffen tussen beide partijen. William d'Aubigny wist een eerste wapenstilstand tussen beide partijen te regelen. Een formele overeenkomst werd later geschreven te Winchester en vervolgens ondertekend in Westminster.

Verdrag bewerken

Stefanus maakte het verdrag bekend in de kathedraal van Winchester en verklaarde aldaar dat hij Hendrik Plantagenet erkende als zijn erfgenaam in ruil voor Hendriks leenhulde. De zoon van Stefanus, Willem I van Boulogne, zou op zijn beurt Hendrik erkennen als zijn leenheer en zijn eigen aanspraak op de troon opgeven in ruil voor land. Daarnaast zouden ook de vele huurlingen die in Engeland waren, ontbonden worden en naar huis gestuurd worden.