Oorring
Een oorring of oorbel is een ring of anders gevormd sieraad dat door het oorlelletje of de oorschelp wordt gedragen. Het is feitelijk een piercing, maar een oorsieraad is zo ingeburgerd dat het doorgaans niet als dusdanig wordt gezien.
Om een oorbel te kunnen dragen moet er een gaatje door het oor worden gemaakt. De meeste vrouwen hebben in ieder oor één of meer oorsieraden, bij mannen komt het dragen van oorsieraden in beide oren tegenwoordig steeds vaker voor. Ook is het sinds de jaren 90 populair om ringen door andere delen van het oor te plaatsen. Vooral de oorschelp en tragus zijn wat dat betreft populair. Sommigen laten hun oor van boven tot onder vol plaatsen met ringetjes.
Een sieraad dat aan het oorlelletje wordt geschroefd wordt oorknop(je) genoemd, de meest gebruikte verzamelnaam voor oorsieraden is oorbel(len).
Zeelieden
Het dragen van een gouden oorring door zeelieden werd oorspronkelijk als een soort verzekering beschouwd. Als men zou verdrinken en ergens op een onbekende plek zou aanspoelen, zou van de verkoop van de ring de begrafenis bekostigd kunnen worden.
Tegenwoordig worden deze ringen nog steeds gedragen, onder andere door de vissers van het eiland Texel, maar eerder als traditie.
Stretching
Voor sommige ringen moet het gaatje groter worden gemaakt. Door het plaatsen van dikkere dingen kan het weefsel rondom het gaatje daarvoor beetje bij beetje worden opgerekt. Dit proces heet stretching en is bij de oorlel betrekkelijk eenvoudig te doen. Het gaatje kan met zorgvuldig stretchen tot vele centimeters worden uitgerekt.
