Hoofdbestuur Noordelijke Zeeroute: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
wiu2: ik zal waar nodig de taalunienaam doorvoeren
aanpassingen doorgevoerd: -wiu2
Regel 1:
{{wiu2}}
 
Het '''Hoofdbestuur Noordelijke Zeeroute''' ([[Russisch]]: Главсевморпути; ''Glavsevmorpoeti'') werd in december [[1932]] opgezet in [[Moskou]] door de regering van de [[Sovjet-Unie]] op het advies van de [[Raad van Volkscommissarissen]] (''Sovnarkom''). Het was verantwoordelijk voor een enorm gebied met een oppervlakte van 8 miljoen vierkante kilometer: In het Europese deel van de Sovjet-Unie voor de eilanden en zeeën van de [[Noordelijke IJszee]] en in het Aziatische deel voor het hele gebied ten noorden van de 62e [[breedtegraad]]. Dit omvatte daarmee het gebied vanaf het [[Kola (schiereiland)|Kolaschiereiland]] tot aan het [[Tsjoektsjenschiereiland]] en de wateren vanaf de [[Barentszzee]] tot aan de [[Beringzee]]. Het stond onder de leiding van [[Vjatsjeslav Molotov]].
 
== Voorgeschiedenis ==
In 1932 voer de [[ijsbreker]] ''Aleksandr Sibirjakov'' onder kapitein [[Vladimir Voronin]] en [[expeditie]]leider [[Otto Schmidt]] voor het eerst door de [[Noordoostelijke doorvaartDoorvaart]] (in Rusland ''Noordelijke Zeeroute'' genoemd) binnen 1 navigatieperiode. Het bevaren van deze route was echter een gevaarlijke onderneming, zo bleek twee jaar later in [[1934]] toen het [[stoomschip Tsjeljoeskin|stoomschip ''Tsjeljoeskin'']] op een gelijksoortige reis werd gekraakt door het ijs in de [[Tsjoektsjenzee]]. Dit incident liet zien hoe weinig kennis men tot dan toe had van de beweging van de ijsbedekking van de [[Arctis]]. De ''Sibirjakov'' had de NoordelijkeNoordoostelijke ZeerouteDoorvaart in oostelijke richting bevaren, terwijl in 1934 de ijsbreker ''[[Fjodor Litke (ijsbreker)|Fjodor Litke]]'' voor het eerst de Zeeroutezeeroute binnen 1 navigatieperiode bevoer in westelijke richting.
 
== Ontwikkeling van de noordkust van Rusland ==
In principe was de scheepvaartroute dus zonder overwintering bevaarbaar voor economische en militaire doeleinden. Het Hoofdbestuur ontving van het [[Centraal Comité van de Communistische Partij van de Sovjet-Unie|Centraal Comité van de CPSU]] de opdracht "de Noordelijke Zeeroute van de [[Witte Zee]] tot de [[Beringstraat]] volledig bruikbaar te maken, haar uit te rusten, haar in goede staat te houden en de zekerheid van scheepvaart op deze route te verzekeren". Voor dit doel werden 16 hydrologische stations en het ''Arctisch Instituut van de Sovjet-Unie'' ingesteld. Alle ijsbrekers van het land werden toegewezen aan de vloot van het hoofdbestuur en vanaf 1938 werden hoogwaardige ijsbrekers in serieproductie genomen door het hoofdbestuur. Er werden twee werkgebieden ingesteld die gescheiden werden door de 140e [[lengtegraad]]. Tot het westelijke deel behoorden de Barentszzee, de [[Karazee]] en de [[Laptevzee]] en tot het oostelijk deel de [[Oost-Siberische Zee]], de Tsjoektsjenzee en de Beringzee.
 
Vanaf dat moment werden de mondingen van de [[Ob]], [[Jenisej]], [[Lena]] en [[Kolyma]] regelmatig aangedaan door schepen. Er moesten hiervoor complete zeehandboeken worden geschreven en ijsdiensten worden ingesteld. Luchthavens werden opgezet en twee maanden voor elke navigatieperiode werd begonnen met het vrijmaken van het ijs vanuit de lucht. Er werd ook een netwerk van [[poolstation]]s gebouwd die met elkaar verbonden waren door radiocommunicatie. Er werd intensief gezocht naar delfstoffen langs de zeekust en er ontstonden nieuwe havens in de jaren '30 en '40, zoals [[Dikson (plaats)|Dikson]], [[Igarka]], [[Tiksi]] en [[Pevek]]. In [[1939]] kreeg [[Ivan Papanin]] de leiding over het Hoofdbestuur Noordelijke Zeeroute.
 
== Oorlog in het Arctisch gebied ==
Regel 18 ⟶ 16:
Gezien de toestand van het ijs in de winter van 1941, zat er niks anders op dan de haven van [[Moermansk]], die op slechts 40 kilometer van het front lag, opniew in gebruik te nemen. Daar waren echter alle haveninstallaties gedemonteerd en afgevoerd. Met de hulp van 5000 helpers en 1500 inwoners uit de stad werd de haven bij bijna dagelijkse bombardementen uit [[Finland]] en [[Noorwegen]] gerepareerd. Dit ontwikkelde zich ten tijde van de oorlog tot een van de zwaarst omstreden objecten van het noorden van de Sovjet-Unie. In Moermansk kwam het eerste konvooi onder beschutting van de poolnacht aan op [[11 januari]] [[1942]].
 
Het jaar 1942 werd het zwaarste krijgsjaar van de Arctis. Na de nederlaag bij de [[Slag om Moskou]] probeerde het Duitse Rijk het transport over de NoordelijkeNoordoostelijke ZeerouteDoorvaart lam te leggen. Aan het einde van de maand juli van 1942 verschenen voor het eerst U-Boten in de Noordelijke IJszee en vielen Sovjetpoolstations aan. De zware kruiser [[Admiral Scheer]] trok door de Karazee en bracht in augustus de ''[[Sibirjakov]]'' tot zinken. De tocht van het konvooi PQ-17 in juni 1942 van IJsland naar Moermansk verliep vooral rampzalig: Van 34 schepen kwamen slechts elf door. Na deze catastrofe werden de konvooien pas weer hervat in september. In het voorjaar van 1943 legden de geallieerden het scheepsverkeer voor bijna 9 maanden stil.
 
Ook het oostelijke deel van de NoordelijkeNoordoostelijke ZeerouteDoorvaart was van strategisch belang. Amerikaanse vliegtuigen werden in het kader van de ''Land Lease Act'' door Amerikaanse piloten naar het Tsjoektsjenschiereiland gevlogen en vandaar door sovjetpiloten verder gevlogen naar [[Krasnojarsk]]. Hiervoor moesten luchthavens met brandstofopslagplaatsen worden aangelegd en onderhouden. De scheepvaart was afhankelijk van een verzekerde levering van [[steenkool|kolen]], waarbij [[Vorkoeta (stad)|Vorkoeta]] – ondanks de slechte kwaliteit van haar steenkool – tot de belangrijkste leverancier werd. De hele route werd uitgerust van steenkoolkampen. Nog op [[12 augustus]] [[1944]] torpedeerde een Duitse U-Boot de stoomboot ''[[Marina Radovska]]'' bij Dikson samen met twee escorteschepen, waarbij 618 personen stierven. In dat zelfde jaar gingen in de [[Atlantische Oceaan]] van de 258 schepen uit de konvooien nog slechts 6 verloren.
 
== Na de Tweede Wereldoorlog ==