Frederik Ernst Müller: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
okee, het was de vijand, maar dat is niet echt encyclopedisch |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 4:
Müller was een Utrechtse fabrikant die al in de jaren dertig grote activiteiten ontplooide in de [[Nationaal-Socialistische Beweging]] (NSB). Hij droeg het [[stamboeknummer]] 543. Gedurende 1941 was Müller acht maanden werkzaam als ''Commissaris der Provincie'' (de nationaalsocialistische benaming van [[Commissaris der Koningin]] in Utrecht. In deze functie werd hij opgevolgd door [[Willem Bernard Engelbrecht]].
ir. Müller werd op 10 oktober 1941 geïnstalleerd als burgemeester van [[Gemeente Rotterdam|Rotterdam]], nadat zijn voorganger, burgemeester [[Pieter Oud|Oud]] ontslag had genomen na veelvoudige kritiek van de NSB dat hij niet meegaand genoeg was. Müllers installatie als burgemeester gebeurde door de waarnemend burgemeester van Rotterdam, [[Arie de Zeeuw]] (van de [[Sociaal Democratische Arbeiders Partij|SDAP]]) die het karakter van de installatie laakte en de ambtsketen liet omhangen door een bode. Müller was medeverantwoordelijk voor de snelle [[deportatie]] van de Rotterdamse Joden: al in juli 1942 waren de meeste Joden via Loods 24 naar [[Kamp Westerbork|Westerbork]] afgevoerd; dat was eerder dan bijvoorbeeld [[Amsterdam]]. Anderzijds was hij tegen de verwoesting van de [[haven]]s; waarschijnlijk mede
Tijdens de oorlog toonde Müller zich een vurig propagandist voor indiensttreding bij de Duitse bezetter. Müller werd op 7 mei 1945 afgezet en vervangen door burgemeester Oud, die hij zelf had opgevolgd in 1941. Op 5 april 1946 stond hij terecht voor een [[Bijzondere rechtspleging|Bijzonder Gerechtshof]]. Hierbij eiste mr. [[L.O. Donker]] tien jaar gevangenisstraf en levenslange ontzegging van het kiesrecht. Op 16 april 1946 werd hij veroordeeld tot 10 jaar gevangenisstraf, waarvan hij er bijna zes jaar heeft uitgezeten.
|