Verkeerscapaciteit: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Aangepast ivm aanmaak 'Knelpunt (infrastructuur)'
Verwisseld met verkeerscapaciteit; 'doorvoercapaciteit' is een ambigue en verkeerskundig minder juiste term
Regel 1:
#REDIRECT[[Verkeerscapaciteit]]
De '''doorvoercapaciteit''' of gewoon ''capaciteit'' van een [[weg]], [[spoorlijn]] of [[loopverbinding]] is een [[verkeerskunde|verkeerskundig]] begrip dat het maximale aantal eenheden ([[voertuig]]en, [[vervoerseenheid|vervoerseenheden]] of [[voetganger]]s) aanduidt dat een doorsnede van de [[verkeersinfrastructuur|infrastructuur]] per tijdseenheid kan passeren. Meestal is dit per [[uur]].
 
De beschikbare capaciteit beïnvloedt de doorstroomsnelheid bij een zekere verkeersvraag, en heeft dus invloed op de verplaatsingstijd die de gebruikers ervaren. Capaciteit wordt bepaald door de 'zwakste' doorsnede van een stuk infrastructuur, dit noemen we meestal een [[Knelpunt (infrastructuur)]].
 
===Wegverkeer===
De '''doorvoercapaciteit''' van een [[autosnelweg]] hangt af van het aantal rijstroken per richting. Een [[vuistregel]] is dat een [[rijstrook]] een capaciteit heeft van ongeveer 2200 voertuigen per uur. Dat houdt in dat er ongeveer elke 1,63 seconden een voertuig passeert. Deze [[volgtijd]] is geen constante, en hangt af van het bestuurdersgedrag, weersomstandigheden, wegcondities, etc.
 
Bij [[regen (neerslag)|regen]] vermindert de capaciteit bijvoorbeeld tussen 1% en 5%. De doorvoercapaciteit kan verder beperkt worden door de wegsituatie. Zo zal bijvoorbeeld een af- of [[toerit]] zorgen voor zijwaartse bewegingen, met capaciteitsreductie als gevolg. [[Tunnel]]s en [[Aquaduct (waterbouwkunde)|aquaducten]] zijn een ander voorbeeld, de capaciteit neemt hier af onder meer door het stijgen van de weg.
 
Om vrachtwagens en auto's bij elkaar op te tellen zijn '[[personenauto-equivalent]]en' (P.A.E.) ingevoerd. Zo telt een vrachtwagen als 2 à 3 p.a.e. op autosnelwegen bij capaciteitssnelheden.
 
Een afname van de wegcapaciteit van bijvoorbeeld 3% zorgt in de spits voor ongeveer een reistijd toename van 30%.
 
Probleem van hinder binnen een verkeerssysteem of tussen verkeerssoorten is niet alleen de vertraging, maar vooral het onvoorspelbare karakter van de vertraging. Planning door beheerders en gebruikers wordt daardoor moeilijker en er gaat tijd verloren omdat mensen op meer vertraging rekenen dan er gemiddeld optreedt. Maatregelen om de doorstroming te bevorderen (spitsstroken, vrije bus/tram-baan, verkeerslichtenbeïnvloeding) zijn dan ook allereerst gericht op vergroting van de voorspelbaarheid van de reisduur. Kortom, een capaciteit die minder snel afneemt door omstandigheden.
 
===Spoorverkeer===
Bij het huidige [[blokstelsel]] is de capaciteit van een spoorlijn 15 tot 20 treinen per richting per uur. (In de praktijk wordt dit niet gehaald, i.v.m. de ongelijke treinsnelheden.)
 
Qua betrouwbaarheid van de reistijden heeft een onderzoek bij de [[HTM Personenvervoer|HTM]] bijvoorbeeld aangetoond dat de gemiddelde reisduur afneemt indien de spreiding in de reisduur wordt verminderd door doorstromingsbevorderende maatregelen. Omdat de kosten van openbaar vervoer gerelateerd zijn aan de reisduur, leveren doorstromingsbevorderende maatregelen ook geld op.
 
[[Categorie:Verkeerskunde]]