Zeven bruggen van Koningsbergen: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k uitleg verbeterd: de verschillende situaties na elkaar besproken |
|||
Regel 12:
|}
In de [[Grafentheorie|graaf]] (rechter afbeelding) wordt elke brug voorgesteld door een lijn, en de eilanden en oevers door een blauw knooppunt. Het aantal lijnen dat een punt met andere punten verbindt, heet de graad van dat punt. Speciaal van belang is het onderscheid tussen een even en een oneven graad: de punten die door een oneven aantal lijnen verbonden worden noemen we
De vraag of het mogelijk is om zó te lopen dat je precies één keer over elke brug komt, is nu vertaald naar de vraag naar een mogelijke route waarbij je precies één keer over elke lijn loopt. Zo'n route noemen we een Eulerwandeling. Een bijzonder geval daarvan is een wandeling waarvan het begin- en eindpunt met elkaar samenvallen. Zo'n wandeling heet een Eulertour.
Voor de oplossing hiervan is het van wezenlijk belang naar de graad van de knooppunten te kijken. Deze bepaalt namelijk de mogelijke rol die het knooppunt kan spelen in een route. Een knooppunt met precies 1 verbindingslijn kan alleen maar het begin- of eindpunt van een route zijn. Een knooppunt met precies 2 verbindingen kan het beginpunt of eindpunt van een route zijn, of kan in plaats daarvan een tussenstation op een doorgaande route zijn. Deze redenering is door te trekken naar hogere graden.
Bekijken we
Het verschil tussen de geografische (topografische) ligging en de schematische weergave van hierboven laat mooi zien hoe topografie van topologie verschilt. Topologie gaat over de onderlinge verbindingen van de beschouwde objecten, terwijl topografie ook de relatie met andere dingen laat zien (zoals afstanden en richtingen naar geheel andere objecten).
|