Jan van Aartsen: verschil tussen versies

 

Hij was [[secretaris]] van de [[christendom|christelijke]] werkgevers en [[wethouder]] in Den Haag. Van Aartsen volgde in [[1958]] [[Jacob Algera]] met tussenkomst van [[Herman Bernard Jan Witte|H.B.J. Witte]] als [[minister]] van [[Ministerie van Verkeer en Waterstaat|Verkeer en Waterstaat]] in het [[Kabinet-Drees III|vierde kabinet-Drees]] op. Hij bekleedde die post later ook in het [[kabinet-Marijnen]]. Daarna werd hij minister van [[Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer|Volkshuisvesting]] in het [[kabinet-De Quay]]. Hij bracht een eerste nota over de ruimtelijke ordening uit en was middelpunt van de [[kabinetscrisis]] in [[1960]] over de woningbouw. Van Aartsen stelde het rijkswegenfonds in. Na zijn ministerschap was hij [[commissaris van de Koningin]] van de provincie [[Zeeland (provincie)|Zeeland]].