Gebruiker:Sylhouet/Concept: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
De stelligheid waarmee je schrijft dat het verdrag van 1631 nooit is ingevoerd verbaast me. Ik heb slechts één bron gevonden die datjouw meldt,bewering staaft. Gary Schwartz schrijft op pagina 159/160 invan "Between Court and Company": ''The treaty was, however, never put into effect'', [https://schwartzlist.files.wordpress.com/2015/01/buch_persien_e_schwartz_court.pdf zie hier]. Hoewel Schwartz in zijn verhaal veel bronverwijzingen geeft, ontbreken die geheel in het gedeelte waarin hij dit zegt. dat het verdrag nooitHet is ingevoerd. Hij schrijftme ook datniet zijnduidelijk verhaalwat ishij gelezenprecies enbedoelt: van commentaar voorzien door onder anderen Willem Floor (p. 153). Floor schrijft echter in "Dutch-Persian Relations" datis het verdrag welopgezegd isen ingevoerd:zo ''Meanwhile,ja vandoor Hasseltwelke hadpartij, beenis successfulhet inongeldig obtaining trading privileges for Persians in the Netherlandsverklaard, effectiveof 7werd Februaryhet 1631''.niet Oftewel ''ingaande 7 februari 1631'', [https://referenceworks.brillonline.com/entries/encyclopaedia-iranica-online/dutch-persian-relations-COM_8603 zie hier].nageleefd?
 
Willem Floor schrijft in "Dutch-Persian Relations": ''Meanwhile, van Hasselt had been successful in obtaining trading privileges for Persians in the Netherlands, effective 7 February 1631'' [https://referenceworks.brillonline.com/entries/encyclopaedia-iranica-online/dutch-persian-relations-COM_8603 zie hier], en laat het daarbij. De andere twee auteurs die ik geraadpleegd heb, Peter Rietbergen en Charles Alexandrowicz, schrijven wel over het verdrag maar vermelden niet dat het verdrag niet ingevoerd zou zijn, terwijl dat voor een verdrag dat door onder meer door Alexandrowicz en Rudi Matthee als belangrijk wordt gezien, zeer opmerkelijk zou zijn.
De bewering van Schwartz ''The treaty was, however, never put into effect'' past wel in de strekking van zijn verhaal, namelijk dat Van Hasselt overmoedig was geworden en zijn Waterloo vond. Zo suggereert Schwartz dat Van Hasselt niet bevoegd was de onderhandelingen te voeren. Dat beeld strookt niet met wat Rietbergen erover vermeldt. In "Upon a silk thread?" schrijft hij op pagina 172: '' In 1629, Abbas's successor, Safi I, giving Van Hasselt glowing credentials, sent him to the Republic again, now to act as Persia's ambassador himself.'' In een voetnoot voegt hij daaraan toe: ''Van Hasselt's credentials are inserted in the resolutions of the States General of 15-6-1630, Dunlop 1930:721-2'', [https://repository.ubn.ru.nl/bitstream/handle/2066/60873/255177.pdf zie hier].
 
DeSchwartz beweringschildert vanVan SchwartzHasselt ''Theaf treatyals was,een overmoedig geworden howeverpersoon, neverdie put"beweerde" intodat effect''zijn pastgeloofsbrieven weldoor insjah deSafi strekkinggoedgekeurd vanwaren en die zijn verhaal,geloofwaardigheid namelijkverloor dattoen Vanzijn Hasseltnaam overmoedigniet wasgenoemd gewordenwerd enin zijnbrieven Waterloovan vondSafi. ZoDe suggereert Schwartzsuggestie dat Van Hasselt niet bevoegdonbevoegd was de onderhandelingenom te voeren.onderhandelen Datwordt beeldweersproken strooktdoor nietRietbergen metdie watop Rietbergenpagina erover172 vermeldt. Invan "Upon a silk thread?" schrijft hij op pagina 172: '' In 1629, Abbas's successor, Safi I, giving Van Hasselt glowing credentials, sent him to the Republic again, now to act as Persia's ambassador himself.'' In een voetnoot voegt hij daaraan toe: ''Van Hasselt's credentials are inserted in the resolutions of the States General of 15-6-1630, Dunlop 1930:721-2'', [https://repository.ubn.ru.nl/bitstream/handle/2066/60873/255177.pdf zie hier]. In dit licht denk dat de mededeling van Schwartz dat het verdrag niet is ingevoerd, vraagt om nuancering.
Een andere auteur die over het verdrag van 1631 schrijft is Charles H. Alexandrowicz. In "Treaty and diplomatic relations between European and South Asian Powers in the seventeenth and eighteenth centuries" gaat hij gedetailleerd in op de artikelen van het verdrag van 1631 en vergelijkt hij de elementen ervan met andere capitulaties. Hij benadrukt het bijzondere karakter van het verdrag, met name de wederkerigheid ervan. Over een eventueel niet invoeren rept hij niet, [https://books.google.nl/books?id=JeGLsAbvIWkC&pg=PA675&lpg=PA675&dq=East+India+Company+capitulations+persia&source=bl&ots=PD_MH1brBm&sig=ACfU3U1Orx6nxJdJzNUNaGBzYNde-m4R4w&hl=nl&sa=X&ved=2ahUKEwjzo9Kq0P_0AhVLy6QKHRTlC04Q6AF6BAgREAM#v=onepage&q=capitulations&f=false zie hier].
 
EenJe anderestelt auteurook diedat overik ten onrechte een relatie leg tussen het verdrag van 1631 schrijften isde Charlesaanwezigheid Hvan veel Perzen in Amsterdam. Op die aanwezigheid wordt onder anderen gewezen door Alexandrowicz. InHij schrijft op pagina 265 van "Treaty and diplomatic relations between European and South Asian Powers in the seventeenth and eighteenth centuries": gaat''Martens hij gedetailleerdwrites in ophis de“Cours artikelenDiplomatique” vanat hetthe verdragend vanof 1631the eneighteenth vergelijktcentury hijabout dethe elementencontinuous ervanexistence metof anderea capitulatiesPersian (Armenian) community in Amsterdam. HijThus benadruktit hetwould bijzonderebe karakterinaccurate vanto hetmaintain verdrag,that metcapitulations namewere deexclusively wederkerigheida ervan.medium Overof eenprivileges eventueelobtained nietby invoerenEuropeans reptin hijthe niet,East.'' [https://books.google.nl/books?id=JeGLsAbvIWkC&pg=PA675&lpg=PA675&dq=East+India+Company+capitulations+persia&source=bl&ots=PD_MH1brBm&sig=ACfU3U1Orx6nxJdJzNUNaGBzYNde-m4R4w&hl=nl&sa=X&ved=2ahUKEwjzo9Kq0P_0AhVLy6QKHRTlC04Q6AF6BAgREAM#v=onepage&q=capitulations&f=false zie hier]. Een wat lossere relatie met het verdrag van 1631 dan die van mij.
Samengevat: van de vier auteurs die ik geraadpleegd heb is er een die zegt dat het verdrag nooit is ingevoerd; hij vermeldt daarbij echter geen bron. Een van de anderen spreekt dat tegen en de overige twee vermelden er niets over, terwijl het voor een verdrag dat algemeen als belangrijk wordt gezien, zeer opmerkelijk is. Dat de ene auteur die het niet invoeren vermeldt, op details van zijn verhaal wordt tegengesproken door twee anderen vergroot zijn geloofwaardigheid niet.
 
Je stelt ook dat ik ten onrechte een relatie leg tussen het verdrag van 1631 en de aanwezigheid van veel Perzen in Amsterdam. Op die aanwezigheid wordt gewezen door Floor en Alexandrowicz. De eerste legt die betwiste relatie niet. De tweede schrijft op pagina 265: ''Martens writes in his “Cours Diplomatique” at the end of the eighteenth century about the continuous existence of a Persian (Armenian) community in Amsterdam. Thus it would be inaccurate to maintain that capitulations were exclusively a medium of privileges obtained by Europeans in the East.'' Een wat lossere relatie met het verdrag van 1631 dan die van mij.
 
Ik heb de betreffende paragraaf herschreven. Daarin heb ik wel Van Hasselt geïntroduceerd als onderhandelaar, maar het al dan niet invoeren van het verdrag heb ik in het midden gelaten. De relatie tussen het verdrag van 1631 en de overvloedige aanwezigheid van Perzen destijds in Amsterdam heb ik wat losser geformuleerd.