Domesticatie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
k Wijzigingen door 2A02:A458:FA50:1:ED13:5449:16FA:AAE7 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door Tulp8
Regel 1:
[[Bestand:Egyptian Domesticated Animals.jpg|thumb|Vroege domesticatie: Een koe wordt gemolken in het Antieke Egypte]]
Je bolle moeder op een driewieler in kanker balzak xD ''HOMOTJE''
'''Domesticatie''' ([[Latijn]] ''domus'', huis) is het proces van toenemende [[Symbiose|wederzijdse afhankelijkheid]] tussen de [[mens]] enerzijds en [[Dierenrijk|dieren]] en [[planten]] anderzijds die gepaard gaat met een [[mutatie (biologie)|genetische verandering]]. De domesticatie kan daarbij bewust of onbewust zijn en zal bij de vroegste vormen onbewust zijn geweest. Naarmate de mens meer bewust werd van het proces van domesticatie werd gerichter gebruikgemaakt van [[Selectie (genetica)|selectie]] en [[fokken]] om [[Genetische technologie|gewenste eigenschappen te versterken]].
je kan me pa ballen grtjes Glitchtrap
 
De [[domesticatie van dieren]] en [[Domesticatie van planten|planten]] heeft deze sterk veranderd door [[kunstmatige selectie]] – een vorm van bewuste en onbewuste [[Positieve selectie|positieve of gerichte selectie]] – en een vermindering van de [[Selectiedruk|druk]] van [[natuurlijke selectie]]. Deze veranderingen zijn zichtbaar als [[domesticatiesyndroom]]. Ook bij de mens zelf zijn veranderingen opgetreden. Dit komt het sterkst naar voren op sociologisch gebied waar domesticatie [[landbouw]] mogelijk maakte, een overgang die een dusdanig belangrijke invloed heeft gehad dat deze de [[neolithische revolutie]] wordt genoemd. Dit stimuleerde [[specialisatie]] en een [[Sedentarisme|sedentaire levenswijze]], wat een voorwaarde was voor de daaropvolgende sterke [[bevolkingsgroei]] en het ontstaan van de vroege [[beschaving]]en. Op fysiologisch gebied is er onder meer sprake van [[Lactose-intolerantie|lactose-tolerantie]]. De plaatsgebondenheid en intensiever contact met dieren vergrootte de kans op [[infectieziekte]]n. Dieren werden vaak kleiner en rustiger.
 
== Definitie ==
In een aantal definities wordt meer uitgegaan van een proces waarbij de mens bewust ingrijpen in de verplaatsing, voeding, bescherming, verspreiding en voortplanting van dier of plant om een specifiek doel te bereiken. De nadruk ligt dan op de [[Toegevoegde waarde (economie)|toegevoegde waarde]] en hoe plant en dier integreerden in de menselijke samenleving.
 
Andere definities leggen de nadruk op de [[Symbiose|symbiotische relatie]] waarbij zowel plant en dier als mens profiteren. Dit is vooral te zien bij onderzoek naar de domesticatie van planten, maar komt ook voor bij onderzoek naar de domesticatie van dieren. Het voordeel is dan niet noodzakelijk de kwaliteit van leven, maar wel het voortplantingsvermogen.
 
Anders dan bij natuurlijke symbiose is de mens niet afhankelijk van genetische veranderingen om [[gedrag]] te veranderen, maar kan geleerd gedrag toepassen en overdragen en heeft daardoor aanmerkelijk meer mogelijkheden om de relatie te beïnvloeden. Deze [[culturele evolutie]] onderscheidt zich van [[Evolutie (biologie)|biologische evolutie]] doordat het veel snellere [[Lamarckisme|lamarckiaanse]] veranderingen mogelijk maakt. Na de beginfase waarin de mens zich nog niet bewust was van het domesticatieproces is het [[machtsevenwicht]] daarmee richting de mens verschoven.<ref name="Zeder">{{aut|Melinda Zeder|Zeder, M.A.}} (2012): [https://www.researchgate.net/publication/237956837_The_Domestication_of_Animals 'The domestication of animals'] in ''Journal of Anthropological Research'', Volume 68, Number 2, p. 161–190</ref>
 
== Selectie ==
[[Bestand:All selections.png|thumb|[[Verbrekende selectie]], [[Stabiliserende selectie]], [[Positieve selectie|gerichte selectie]], meerdere gerichte selecties en vermindering van selectie]]
[[Selectie (genetica)|Selectie]] speelt een belangrijke rol bij domesticatie. Gerichte [[kunstmatige selectie]] was het onderwerp van ''[[The Variation of Animals and Plants under Domestication]]'' uit 1868 van [[Charles Darwin]]. Naast deze bewuste en onbewuste [[Positieve selectie|positieve of gerichte selectie]] speelt echter ook de vermindering van de [[Selectiedruk|druk]] van [[natuurlijke selectie]] een belangrijke rol, vooral in het beginstadium van domesticatie. De bescherming door de mens maakt dat een deel van de natuurlijke selectiedruk wegvalt, waardoor [[Mutatie (biologie)|mutaties]] die in een natuurlijke omgeving een dodelijke [[Genetische variatie|variatie]] op zouden leveren, nu geen [[Negatieve selectie|zuiverende of negatieve selectie]] ondervinden.
 
[[Reproductieve isolatie]] kan daarnaast het aantal [[Hybride (biologie)|kruisingen]] met de wilde soort en daarmee de [[genenstroom]] verminderen tot het punt dat er [[soortvorming]] op kan treden. Dit kan versterkt worden doordat [[genetische drift]] een sterker effect heeft in kleinere afgescheiden populaties, doordat deze niet verdwijnen in de grote groep.
 
== Domesticatiesyndroom ==
{{Zie ook|Zie artikel [[Domesticatiesyndroom]]}}
Zowel gedomesticeerde planten als gedomesticeerde dieren vertonen het domesticatiesyndroom, de [[Morfologie (biologie)|morfologische]], [[Fysiologie|fysiologische]] en [[Ethologie|gedragsveranderingen]] die optreden bij domesticatie. De nadruk ligt bij dieren op de laatste – zoals [[tamheid]] – terwijl deze bij planten uiteraard ontbreekt. De eerste twee treden wel op bij dieren, zoals vlekkerige [[pigmentatie]] van de [[vacht]], hangende oren en een kleiner lijf met een kop die de kenmerken heeft vergelijkbaar met een onvolwassen wild dier, maar dit lijken bij de vroege domesticatie vooral bijeffecten te zijn geweest. [[Charles Darwin]] beschreef dit fenomeen al in [[De oorsprong der soorten|''The Origin of Species'']] uit 1859, waarbij hij dacht dat de oorzaak lag in een veranderd levenspatroon.<ref>''Not a single domestic animal can be named which has not in some country drooping ears; and the view suggested by some authors, that the drooping is due to the disuse of the muscles of the ear, from the animals not being much alarmed by danger, seems probable.'' {{aut|Charles Darwin|Darwin, C.R.}} (1859): ''[[De oorsprong der soorten|The Origin of Species]]'', Murray, p. 11</ref> Een andere verklaring zag hij in het [[Hybride (biologie)|kruisen]] van verschillende soorten.
 
Bij planten was een vroege voor de mens gunstige verandering het verlies van de mogelijkheid tot [[zaadverspreiding]] bij [[graan]]. Hiermee wordt een gewas afhankelijk van de mens bij de [[Voortplanting (biologie)|voortplanting]]. Het ontstaan van [[Dehiscentie (plantkunde)|niet-openspringende]] [[Aar (bloeiwijze)|aren]] was waarschijnlijk aanvankelijk een onbewust gevolg van cultivatie. Andere kenmerken van het syndroom zijn grotere [[Vrucht (plant)|vruchten]], of juist een verkleining zoals bij zetmeelrijk fruit als bananen waar juist de zaden kleiner zijn terwijl de hoeveelheid zetmeel groter is geworden. Soms is er sprake van [[divergente evolutie]], zoals bij de [[Broodboom (Moraceae)|broodboom]], waarvan [[Vruchtbaarheid|fertiele]], zaadvormende rassen bestaan waarvan het zaad wordt gegeten en [[Onvruchtbaarheid|infertiele]], zaadloze rassen waarvan het vruchtvlees wordt gegeten. Het verlies van kiemrust is een belangrijk kenmerk van [[Peul (vrucht)|peulvruchten]] en van [[Pseudograan|pseudogranen]] zoals van het geslacht [[ganzenvoet]]. Daar tegenover staat dat hetzelfde kenmerk soms op verschillende manieren bereikt is. Deze [[convergente evolutie]] vond onder meer plaats bij [[gerst]], waar zowel het [[gen]] ''Bt1'' als ''Bt2'' het verlies van broosheid van de [[Spil (plant)|spil (rachis)]] tot gevolg hadden en daarmee niet-openspringende aren.
 
Er zijn gevallen waarin cultivatie wel [[Fenotype|fenotypische]] veranderingen tot gevolg heeft, maar geen [[Genotype|genotypische]]. Deze [[fenotypische plasticiteit]] is onder meer te zien bij knollen van [[yam]]s die groter worden na herbeplanting in lossere bewerkte grond zonder dat dit genetische gevolgen heeft.
 
== Algemeen ==
Het doel van domesticatie van planten is ze beter te kunnen gebruiken (voedsel, medicijn, weefsel, bouwmateriaal, brandstof, etc) of voor hun sierwaarde. Domesticatie van dieren heeft tot doel ze als voedsel te kweken, om werk te verrichten en/of als [[Huisdier|gezelschapsdier]].
 
Na domesticatie staan de gedomesticeerde exemplaren van een soort aan een geheel andere vorm van [[selectiedruk]] bloot dan hun wilde verwanten. De mens kweekt of fokt immers alleen verder met exemplaren die voor de mens gunstige eigenschappen hebben, zodat er in zeer korte tijd (tenminste op evolutionaire schaal bezien) grote veranderingen kunnen optreden, bijvoorbeeld van een [[wolf]] naar een schoothondje.
 
Het eerste gedomesticeerde dier was de [[hond]]. Er zijn genetische aanwijzingen dat honden reeds meer dan 100.000 jaar geleden werden gedomesticeerd.<ref>{{aut|Vilà, C. e.a.}} (1997). Multiple and ancient origins of the domestic dog. ''Science'', 276, 1687-1689</ref> Dit kan betwist worden, maar er zijn grafresten gevonden van honden die dateren van minstens 14.000 jaar geleden.<ref>{{aut|Nobis, G.}} (1979). Der älteste Haushunde lebte voor 14000 Jahren. ''Umschau'', 79, 610</ref> De hond werd gevolgd door de geit, het schaap en het varken, rond 8000 v.Chr. Dit vond allemaal plaats in het westen van Azië, in de zogenaamde [[Vruchtbare Sikkel|vruchtbare halve maan]]. De [[Koe (rund)|koe]] volgde rond 6000 v.Chr. Het paard werd rond 4000 v.Chr. in het zuiden van Europees Rusland gedomesticeerd. De domesticatie van cavia's wordt ongeveer 1000 v.Chr. gesitueerd. Door genetische analyse is tegenwoordig vaak redelijk goed vast te stellen:
* welke soort de wilde voorouder is
* hoelang geleden de domesticatie ongeveer heeft plaatsgevonden en
* of dit een eenmalige gebeurtenis is geweest of dat het proces zich in verschillende streken of tijden herhaaldelijk heeft voltrokken.
 
Soms is de wilde voorouder inmiddels vermoedelijk uitgestorven of bestaat er twijfel of in het wild levende dieren van een gedomesticeerde soort niet gewoon verwilderde exemplaren zijn, in plaats van nog oorspronkelijk wilde exemplaren van die soort.
 
Bij veel gedomesticeerde [[planten]] is sprake van [[polyploïdie]], dat wil zeggen dat iedere cel van zo'n plant in plaats van 2n [[chromosoom|chromosomen]] er 4n, 6n of 8n bezit. Dit gaat bij veel planten gepaard met grotere bladeren, bloemen en/of vruchten. Op deze wijze is bijvoorbeeld [[tarwe]] waarschijnlijk uit [[emmertarwe]] ontstaan.
 
== Gedomesticeerde dieren ==
[[Vee|Landbouwhuishouddieren]] voldoen aan zes criteria.<ref>{{aut|[[Jared Diamond|Diamond, J.]]}} (2002) [http://www.nature.com/nature/journal/v418/n6898/pdf/nature01019.pdf "Evolution, consequences and future of plant and animal domestication"], ''[[Nature]]'', Vol. 418, 8 August 2002</ref>
# plant zich voort in [[Gevangenschap (dier)|gevangenschap]]
# handelbaar gedrag
# volgzaamheid
# een voedingspatroon waarin de mens kan voorzien
# groeit snel op
# relatief korte intervallen tussen drachtigheid
 
[[Huisdier|Gezelschapsdieren]] hebben bijkomende criteria:
# [[Aaibaarheidsfactor|aaibaarheid]]
# gewenst gedrag moet getraind kunnen worden
# afhankelijkheid ten opzichte van de mens
# menselijke emoties kunnen aanvoelen en op reageren. Dit vermindert de kans op afstoting aanzienlijk.
 
Domesticatie moet hier worden onderscheiden van [[Tam (biologie)|temmen]]. Getemde dieren worden in het wild gevangen en getemd maar niet gedomesticeerd omdat ze niet aan alle criteria voldoen. Olifanten zijn bijvoorbeeld geen gedomesticeerde dieren omdat de meesten nog in het wild worden gevangen en getemd, door hun trage groei is fokken een (te) langdurig proces hoewel er wel jongen in [[Gevangenschap (dier)|gevangenschap]] worden geboren.
 
Gedomesticeerde dieren zijn onder andere: