Hoogspanningsleiding: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Natuurlijke capaciteit veranderd naar werkelijke capaciteit. (Natuurlijke capaciteit is niks, ik ga er vanuit dat dit hier mee wordt bedoeld)
kwantificering van verliezen
Regel 4:
 
==Leiding==
Het in een elektriciteitsleiding veroorzaakte energieverlies wordt veroorzaakt door de [[Elektrische weerstand (eigenschap)|elektrische weerstand]] (R) van die leiding.
Bij het vervoeren van elektriciteit onder [[hoogspanning (elektriciteit)|hoge spanning]] is een lagere [[ampère (eenheid)|stroomsterkte]] en bijgevolg een dunnere geleider nodig voor hetzelfde vermogen. Omgekeerd is het bij dezelfde dikte van de geleider mogelijk een groter vermogen te transporteren. Naast de hogere transportcapaciteit is er als tweede voordeel het lagere energieverlies langs de lijn door de lagere stroomsterkte.
 
<math>P_v = I^2 R </math>
Een normale leiding van een hoogspanningsleiding (110 [[Volt (eenheid)|kV]]) bestaat uit een zevenaderige staalkern met een totale dwarsdoorsnede-oppervlakte van 60&nbsp;mm² omgeven door een vlechtwerk van 30 aluminiumaders met een totale dwarsdoorsnede-oppervlakte van 257&nbsp;mm². Bij een nominale stroom van 560&nbsp;A per leiding hebben zes leidingen een capaciteit van 215&nbsp;[[Voltampere|MVA]]. Met een 380-kV-leiding met 1300&nbsp;A per buitenleiding kan meer dan 900&nbsp;MVA getransporteerd worden, waarbij de werkelijke capaciteit 600&nbsp;MW bedraagt.
 
met
 
Pv het in de weerstand opgewekte verliesvermogen in Watt
 
I de stroom in Ampere
 
R de weerstand van de leiding in Ohm
 
Het getransporteerde vermogen Pt is
 
<math>P_t = U I </math>
 
met U de elektrische spanning in volt.
 
Om bij een groot Pt de verliezen Pv klein te houden is het dus zaak om de stroom zo laag mogelijk te houden, en de weerstand zo klein mogelijk. Hoe dikker de kabel is, hoe lager de weerstand, maar dikke kabels zijn kostbaar en zwaar. Met een hoge spanning zijn kleine stromen te realiseren, en kan de kabeldikte beperkt blijven. Door gebruik te maken van materialen met een lage [[soortelijke weerstand]] worden verliezen verder beperkt. Hoewel koper qua geleidbaarheid het gunstigste zou zijn speelt ook de prijs (koper is duur) en het gewicht en treksterkte ook een rol. Hierom wordt veelal gekozen voor een staalkern vanwege de sterkte met aluminium daaromheen voor de goede geleiding en lage gewicht.
 
Een normale leiding van een hoogspanningsleiding (110 [[Volt (eenheid)|kV]]) bestaat uit een zevenaderige staalkern met een totale dwarsdoorsnede-oppervlakte van 60&nbsp;mm² omgeven door een vlechtwerk van 30 aluminiumaders met een totale dwarsdoorsnede-oppervlakte van 257&nbsp;mm². Bij een nominale stroom van 560&nbsp;A per leiding hebben zes leidingen een capaciteit van 215&nbsp;[[Voltampere|MVA]]. Met een 380-kV-leiding met 1300&nbsp;A per buitenleiding kan meer dan 900&nbsp;MVA getransporteerd worden, waarbij de werkelijke capaciteit 600&nbsp;MW bedraagt.
 
Met een 380-kV-leiding met 1300&nbsp;A per buitenleiding kan meer dan 900&nbsp;MVA getransporteerd worden, waarbij de werkelijke capaciteit 600&nbsp;MW bedraagt.
 
==Lekstroom==
Regel 14 ⟶ 34:
Is het lichaam beter geaard dan de fiets, of andersom, dan is de lekstroom voelbaar.
 
's Nachts kan menis dit ondervindenzichtbaar te maken door een [[tl-buis]] omhoog te steken.houden; Dezedeze zal dan zachtjes oplichten.
 
==Tijdelijke portieken==