Walraven III van Brederode: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
+ afbeelding
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 16:
Hij was een zoon van [[Reinoud IV van Brederode]] en Margaretha van Doerne, en kleinzoon van [[Everard van Doerne (16e eeuw)|Everard van Doerne]].
 
Hij werd in 1586 door de graaf van Leicester in de [[Raad van State (historisch)|Raad van State]] benoemd. Hij verzette zich tegen dezelfde graaf omtrent het oprichten van de "Kamer van Geldmiddelen" en de aanstelling van Jacob Reingoudt tot thesaurier-generaal. In 1594 werd hij met Jacob Valke als 'delegatieleider' met vele edelen naar [[Schotland]] gestuurd. Hij was daar uit de naam der Staten dooppeter van de [[Hendrik Frederik Stuart|oudste zoon]] van koning [[Jacobus VI van Schotland|Jacobus VI]]. Toen die koning in 1603 de Engelse troon beklom ging Brederode, met prins [[Frederik Hendrik van Oranje|Frederik Hendrik]], [[Johan van Oldenbarnevelt]] en Jakob Valke, erheen om hem als zodanig te begroeten en hem voor de staat te winnen. In het volgende jaar werd hij met Cornelis van der Myle en Jakob van Maldere in statelijk gezantschap naar [[Frankrijk]] gezonden.
 
Hij overleed in 1614 en was gehuwd met [[Gulielma van Haeften]], bij wie hij geen kinderen verwekte. Zijn neef [[Walraven IV van Brederode|Walraven]] volgde hem op als 15e heer van Brederode. Volgens de archiven van [[Kasteel van Kenilworth]] bezet [[Robert Dudley]] een portret van de "heer van Brederode" in 1583<ref>HMC Lord De L'Isle & Dudley, vol. 1 (London, 1925), p. 291.</ref>.
 
==Referenties==
* Wouter Van Gouthoeven, d'oude Hollandse Chronieke. blz. 125
* [[Jan Wagenaar (historicus)|Jan Wagenaar]], Vaderlandse Historie D. VIII. bl. 115, 157, 203, 400, D. IX. bl. 154, 156, 321, D. X. bl. 38;
{{Appendix}}
 
[[Categorie:Heer van Brederode]]