Possibilisme: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
WilMas (overleg | bijdragen)
Het possibilisme zoals hier oorspronkelijk verwoordt, is iets anders dan wat er tegenwoordig mee wordt bedoeld.
verplaatsing + verwijdering Possibilianism van Eagleman (ander woord)
Regel 2:
Het '''possibilisme''' was een [[reformisme|reformistische]] [[socialisme|socialistische]] stroming die tussen [[1881]]–[[1905]] een belangrijke rol speelde in [[Frankrijk]]. Het possibilisme legde de nadruk op het bereiken van [[hervorming]]en in het [[kapitalisme]] om de levensomstandigheden van de arbeiders te verbeteren. De grondlegger van het possibilisme was [[Paul Brousse]].
 
== Geschiedenis ==
In 2012 gaf de Amerikaanse neurowetenschapper en bestsellerauteur [[David Eagleman]] een heel andere betekenis aan het begrip. Hij noemt het de nieuwe redelijke religie: "''onderzoek zoveel mogelijk nieuwe mogelijkheden en weersta de drang naar zekerheden".''
 
In september 2014 meldt de anno 2020 op 31 jarige leeftijd wereldwijd al in de picture staande Nederlandse historicus [[Rutger Bregman]] in een column op [[De Correspondent]]: "''Laat het tijdperk van het possibilisme maar komen''." Bij hem ook geen verwijzingen naar de oude reformatorische socialistische stroming, maar het wijzen op '''mogelijkheid''<nowiki/>' als derde weg tussen realiteit en idealisme.
 
==Geschiedenis==
Het possibilisme ontstond in 1881 bij een splitsing in de organisatie [[Fédération Ouvriers Socialistes de France]], omdat de meerderheid rond Paul Brousse tegen het centraliserende beleid van de [[marxisme|marxist]] [[Jules Guesde]] was. De marxisten gebruikten het woord “''possibilist''” als een [[scheldnaam]] voor Brousse, maar Brousse nam deze term over als een [[geuzennaam]].<ref>G.P.H. Quack: ''De socialisten: Personen en stelsels; Deel 6: In de tweede helft der XIXde eeuw, tweede gedeelte''; Hoofdstuk IX; 1897.</ref> De marxisten onder leiding van Jules Guesde traden uit de organisatie.
 
Regel 14 ⟶ 10:
 
In 1890 bestonden er vijf socialistische stromingen in Frankrijk, namelijk de possibilisten, [[marxisme|marxisten]], allemanisten, [[blanquisme|blanquisten]] en [[Parti Socialiste Indépendant|Onafhankelijke Socialisten]]. De regeringsdeelname van de Onafhankelijke Socialist [[Alexandre Millerand]] werd gesteund door de possibilisten, Onafhankelijke Socialisten en allemanisten. Zij verenigden zich in 1899 in een los verbond genaamd [[Parti Socialiste français]], zonder hun eigen partijorganisaties op te heffen. De Parti Socialiste francais behaalde 37 zetels bij de verkiezingen van 1902 en de lidpartijen hadden toentertijd gezamenlijk ongeveer 10.000 leden.<ref> G.D.H. Cole: ''Socialist Thought: Volume 3A: The Second International 1889 – 1914''; Chapter 7; 1954.</ref> In 1905 verenigden de possibilisten, marxisten, blanquisten, allemanisten en de onafhankelijke socialisten samen in de partij [[Section Française de l'Internationale Ouvrière]].
 
== Andere betekenis ==
In september 2014 meldt de anno 2020 op 31 jarige leeftijd wereldwijd al in de picture staande Nederlandse historicus [[Rutger Bregman]] in een column op [[De Correspondent]]: "''Laat het tijdperk van het possibilisme maar komen''." Bij hem ook geen verwijzingen naar de oude reformatorische socialistische stroming, maar het wijzen op '''mogelijkheid''<nowiki/>' als derde weg tussen realiteit en idealisme.
 
{{Appendix|2=