Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 10:
Er bestaan diverse vormen van skiën. De volgende skisporten bestaan: zoals DJ henri die het supper kan maar Victor daar in tegen
 
* '''[[NoordsZweeds skiën]]'''
** '''[[Langlauf]]''': in het Engels cross country genoemd, op speciale langlaufski's moet een traject worden afgelegd. Er zijn verschillende varianten, afhankelijk van de lengte, welke stijl van lopen mag worden gebruikt en of de deelnemers tegelijk of na elkaar starten. Er zijn 2 hoofdstijlen: traditioneel met langere ski's alleen in de lengterichting door een spoor schuivend, en op kortere ski's met schaatspassen waar toepasselijk. Een spoor kan machinaal worden aangelegd, of door de skiërs zelf indien men een toervariant beoefent. Bij niet competitief skiën wordt ook het Nederlands woord wandelskiën gebruikt.
** '''[[Schansspringen]]''': De deelnemers springen van een schans af en proberen daarbij zo ver mogelijk te komen. Naast de springafstand wordt ook door een aantal juryleden de uitvoering van de sprong beoordeeld. Er zijn twee typen schans, de 90-meterschans en de 120-meterschans, naar de typische afstand die er gesprongen kan worden.
Regel 19:
* '''[[Alpineskiën]]'''
** '''[[Afdaling]]''': Een snelheidsparcours dat bergafwaarts verloopt zonder veel bochten, en met sprongen, dient zo snel mogelijk afgelegd te worden (gewoonlijk in 1 manche).
** '''[[Slalom (ski)]]''': Een parcours tussen paaltjes, die beurtelings ongeveer links- en rechtsom moeten worden gepasseerd, zeer technisch bochtenwerk (in 2 manches).
** '''[[Reuzenslalom (ski)]]''': Zelfde als slalom maar dan langer en minder bochtig, technische discipline (in 2 manches).
** '''[[Super G (ski)]]''': Bochtiger snelheidsparcours, met sprongen (gewoonlijk in 1 manche).