Saint-Malo: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
dit is wat er gebeurde
k Wijzigingen door 81.83.139.123 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door AGL
Regel 35:
De oude stadsmuur is nog aanwezig. Het stadsdeel binnen de muur wordt [[Ville Intra-Muros (Saint-Malo)|Intra-Muros]] genoemd. Aan de grote toegangspoort bevindt zich het kasteel, dat nu deels stadhuis en bibliotheek is, maar ook een aantal musea bevat. In de oude stad is de [[kathedraal Saint-Vincent]] een bezienswaardigheid.
 
== Geschiedenis ==
wat er gebeurde is dit
De oudste nederzetting op de grond van het huidige Saint-Malo zou wel het Gallisch-Romeinse Alethum (Aleth) geweest zijn, dat op het schiereiland Cité d'Aleth van het huidige stadsdeel [[Saint-Servan]] heeft gelegen.
De stad werd in de legers[[6e vileneeuw]] gesticht door een Ierse [[Christelijk kloosterwezen|monnik]] [[Machutus]], Maclow of Maclou, later Malo. Hij werd in het midden van de 6e eeuw tot [[bisschop]] van [[Aleth]] gekozen. Wegens de voortdurende invallen van de aan[[Vikingen|Noormannen]], vluchtten de meeste inwoners van Aleth in de [[9e eeuw]] naar het naburige rotseiland waar zich ook het graf van de bisschop, de Heilige Malo, bevond. Ze stichtten daar een nieuwe nederzetting. Aleth bleef weliswaar nog bewoond, maar in de 12e eeuw werd de nederzetting de zetel van de bisschop van Aleth, naar het rotseiland verplaatst, dat nu de naam Saint-Malo kreeg.
 
In eokede [[12e eeuw]] verhuisden de bewoners nog meer naar de kust en kozen om strategische redenen voor het [[schiereiland]]. In [[1236]] werd Aleth in de oorlog tussen [[Lodewijk IX van Frankrijk|koning Lodewijk IX]] en de hertog van [[Hertogdom Bretagne|Bretagne]], volledig verwoest. Saint-Malo groeide zo sterk uit, dat de bevolking al tegen het einde van de [[13e eeuw]] niet meer genoeg plaats had op het rotseiland Saint-Malo. Geleidelijk trok een deel van de bevolking weer terug naar het gebied van het toenmalige Aleth. Daar ontstond een voorstad die van Saint-Malo afhankelijk werd en die naar een lokale heilige Saint-Servan werd genoemd. De voorstad ontwikkelde zich zo voorspoedig, dat ze op den duur tot een rivaal van Saint-Malo uitgroeide.
 
In de conflicten tussen de koningen van Frankrijk en de hertogen van Bretagne; tussen deze en de bisschoppen van Saint-Malo; alsmede in de [[Honderdjarige Oorlog]] tussen [[Engeland]] en Frankrijk, streden de inwoners van Saint-Malo voor een zo groot mogelijke zelfstandigheid. In het verloop van de oorlogen met de [[hugenoten]], eisten ze onbeperkt zelfbestuur voor zich op en Saint-Malo onderhandelde, als een Middeleeuwse Zeerepubliek met zeemachten zoals [[Portugal]]. Vanaf de [[16e eeuw]] deden de zeelieden van Saint-Malo aan zeeroverij en [[kaper (kapitein)|kaapvaart]], die vooral en met veel succes op Engeland was gericht. [[Robert Surcouf]] (1773-1827) was de kaperkapitein bij uitstek voor Saint-Malo en voor de jonge [[Franse Republiek]]. Hij werd de eerste ereburger van zijn stad. De zeevaartkunde leidde ook tot de ontdekking van [[Canada]] in 1534 door [[Jacques Cartier]] (1491-1557) uit Saint-Malo. Deze ontdekking bracht veel voorspoed voor Saint-Malo, dat een bloeiende handel in beverpelzen zag ontstaan. In 1661 kwam hieraan een einde, toen de stad door een brand geheel werd verwoest. Om herhaling te voorkomen werd de stad onder [[Sébastien Le Prestre de Vauban|Vauban]] volledig herbouwd in [[graniet]]. In 1789 bereikte Saint-Servan de uiteindelijke afscheiding van haar buurtstad Saint-Malo.