Gat in de ozonlaag: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 3:
 
== Effect van de ozonlaag ==
[[Bestand:Comparison US standard atmosphere 1962.svg|thumb|320px300px|Temperatuurinversie in de aardatmosfeer (rode curve)]]
De [[aardatmosfeer]] beschermt het [[leven op aarde (taxonomie)|leven op aarde]] door een gedeelte van de schadelijke [[elektromagnetische straling|straling]] die afkomstig is van de [[Zon]] tegen te houden. Zo wordt het schadelijkste deel van de [[ultraviolet]]te straling uit het [[zonlicht]] tegengehouden door de [[ozonlaag]] die zich op ongeveer 15 tot 45 kilometer hoogte bevindt. Daarnaast zorgt de ozonlaag voor het verticale temperatuurprofiel dat onze atmosfeer kenmerkt. Bij stijging vanaf het aardoppervlak neemt de temperatuur af, tot aan de [[ozonlaag]], daar stijgt de temperatuur juist, vervolgens gaat de daling van de temperatuur weer verder, wanneer de [[ozonlaag]] gepasseerd is. Deze temperatuurinverse werkt als een soort deksel op de atmosfeer. Het zorgt ervoor dat zuurstof in hoge concentratie aanwezig is in onze atmosfeer.
 
== Aantasting van de ozonlaag ==
[[Bestand:Trends gassen ozonlaag.PNG|thumb|320px300px|Globale trends in de hoeveelheid cfk's en broeikasgassen]]
De ozonlaag wordt aangetast door bepaalde [[drijfgas]]sen uit bijvoorbeeld [[spuitbus]]sen en oudere types [[koelkast]]en. Het gaat met name om [[Chloorfluorkoolstofverbinding|cfk's]] (chloorfluorkoolstofverbindingen). Deze komen in de ozonlaag terecht, desintegreren daar onder invloed van [[Ultraviolet|uv-straling]] en de ontstane [[Chloor (element)|chloorradicalen]] breken de ozonmoleculen af tot [[chloormonoxide]][[radicaal (scheikunde)|radicalen]] en [[dizuurstof|moleculair zuurstof]]:
 
Regel 25:
 
== Polen ==
[[Bestand:Min ozone.jpg|thumb|320px300px|Minimum ozonwaarden gemeten in het zuidelijk halffront door de Total Ozone Mapping Spectrometer (TOMS). Periode van 1979 tot 2012.]]
Het bovengenoemde omzettingsproces vindt alleen plaats bij zeer lage temperaturen. In de [[stratosfeer]] boven [[Antarctica]] zitten dan soms ijle [[wolk]]enlaagjes. Deze wolken worden in het [[Engels]] aangeduid als ''polar stratospheric clouds'' (afgekort tot PSC). Op de ijskristallen van de wolken kunnen stikstofverbindingen condenseren zoals HNO<sub>3</sub> ([[salpeterzuur]]) of NO<sub>2</sub> ([[stikstofdioxide]]). Normaal kunnen deze stikstofverbindingen een chloorradicaal onschadelijk maken door ermee te binden. Zodoende wordt een verbinding gevormd die niet meer schadelijk is voor de afbraak van ozon. Wanneer de stikstofverbindingen in het ijs afgezet worden zullen er echter meer chloorradicalen overblijven. Dit chloor is afkomstig van de [[Chloorfluorkoolstofverbinding|cfk]]'s. Als die in aanraking met licht komen, kunnen deze zich splitsen (deze chemische reactie wordt fotodissociatie genoemd), waardoor er chloorradicalen vrijkomen.
Regel 32:
Boven de Noordpool geldt in het (noordpool)voorjaar hetzelfde proces. Alleen zijn de temperaturen daar minder laag dan boven de Zuidpool, zodat de afname in ozonconcentratie minder groot is. Bovendien is er meer menging met lucht van gematigde streken.
 
De uitstoot van cfk's is inmiddels grotendeels uitgefaseerd, waardoor men verwacht dat het ozongat zal krimpen. Daar tegenover staat dat de voorjaarstemperaturen boven de Zuidpool steeds lager worden, doordat minder ozon ook minder warmteabsorptie betekent. De grootste omvang van het ozongat is gemeten in [[2006]], toen ook de laagste temperaturen werden genoteerd. Daarna leek de ozonlaag iets gestabiliseerd, maar in [[2015]] werd de op één na grootste omvang gemeten. Het gat is dat jaar met 2,5 miljoen vierkante kilometer gegroeid.<ref>http://www.ad.nl/ad/nl/1013/Buitenland/article/detail/4169521/2015/10/23/Ozongat-boven-Zuidpool-plotseling-groot.dhtml</ref>
 
Het kan ongeveer 50 jaar duren voordat de cfk's zijn afgebroken. Het [[Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut|KNMI]] verwachtte in 2005 dat de ozonlaag zich rond 2050 boven het zuidpoolgebied zal hebben hersteld. Recentere schattingen geven aan dat het ozongat rond 2070 ongeveer even groot is als omstreeks 1980.<ref>{{en}}[http://www.nasa.gov/feature/Goddard/2016/antarctic-ozone-hole-attains-moderate-size 2016 Antarctic Ozone Hole Attains Moderate Size, Consistent With Scientific Expectations] op NASA.gov, 25 oktober 2016, geraadpleegd 26 oktober 2016</ref>
 
== Ontdekking ==
Reeds in [[1970]] wees [[Paul Crutzen]] erop dat stikstofoxides uit mest en uitlaatgassen van zeer hoog vliegende supersonische vliegtuigen de ozonlaag kunnen aantasten. Enige tijd later, in [[1974]], realiseerden [[Frank Sherwood Rowland]] en [[Mario J. Molina]] zich dat de [[Chloorfluorkoolstofverbinding|chloorfluorkoolwaterstoffen]] die de industrie uitstootte uiteindelijk in de [[stratosfeer]] terecht zouden komen.<ref>{{en}} {{aut|M.J. Molina & F.S. Rowland}} (1974) - [http://www.unep.ch/ozone/pdf/stratopheric.pdf ''Stratospheric sink for chlorofluoromethanes: chlorine atom-catalysed destruction of ozone''], Nature, '''249''' (5460), pp. 810-812</ref> Onder invloed van [[Ultraviolet|ultraviolet licht]] zouden zij vervolgens de ozonlaag aantasten. In die tijd was het niet zonder meer mogelijk de ozonlaag te meten, de technologie daarvoor ontbrak. Omdat uit de wetenschap echter steeds verontrustender geluiden kwamen, werd de [[Nimbus-7]]-[[kunstmaan|satelliet]] gelanceerd. De metingen van de satelliet gaven aan dat er niets aan de hand was.
 
In [[1984]] deden Britse wetenschappers op [[Antarctica]] echter een meting vanaf de grond. Zij moeten ervan geschrokken zijn dat de concentraties ozon in de stratosfeer 35% lager waren dan gewoonlijk. Kort daarna werd het bestaan van het ozongat door de [[National Aeronautics and Space Administration|NASA]] bevestigd. De gegevens in de [[Nimbus-7]]-satelliet werden namelijk gefilterd voor extreme meetwaarden. Omdat het gat zich alleen boven Antarctica bevond en de situatie veel ernstiger was dan men dacht, waren de gegevens boven Antarctica automatisch weggegooid. Omdat men de [[ruwe data]] bewaard had, kon men de gegevens opnieuw nagaan en bevestigen dat er een probleem was.
 
In [[1995]] kregen Paul Crutzen, Frank Sherwood Rowland en Mario J. Molina de [[Nobelprijs voor de Scheikunde]] voor ''"hun bijdragen aan de chemie van de atmosfeer en in het bijzonder de aanmaak en de afbraak van ozon"''.
 
== Samenhang broeikaseffect en ozonafbraak==