Roodwieren: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k →Taxonomie en cladistiek: dubbel lidwoord, replaced: bv. → bijvoorbeeld (3), de de v → de v met AWB |
|||
Regel 22:
===Pigmenten en fotosynthese===
Roodalgen zijn voornamelijk [[autotroof|autotrofe]] organismen, die fotosynthese voor hun energiebehoefte gebruiken. Ze bezitten fotosynthetisch actieve [[plastide]]n (in roodalgen worden dit [[rhodoplast]]en genoemd), die [[Bladgroen|chorofyl-a]] en [[Carotenoïde|carotinoïde]] bevatten, maar geen chlorofyl-b. De [[thylakoïde]]n liggen in de cellen niet in stapels maar op vergelijkbare afstanden naast elkaar geordend. Op de thylakoïden zitten 30 tot 40 [[nanometer|nm]] grote, min of meer ronde structuren, die [[fycobilisoom|fycobilisomen]] genoemd worden. Deze bevatten pigmenten die bij de fotosynthese helpen [[licht]] op te vangen. Onder deze pigmenten zijn in water [[oplossing (scheikunde)|oplosbare]] [[
Specifiek voor roodwieren is de productie van [[amylopectine]] en [[floridoside]] als voedselreserve. Dit wordt niet, zoals planten met zetmelen doen binnenin, maar aan het oppervlak van de plastiden (in het [[cytosol]]) opgeslagen.
|