Tachtigjarige Oorlog: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Labels: Visuele tekstverwerker Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website
Geen bewerkingssamenvatting
Labels: Visuele tekstverwerker Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website
Regel 73:
De doorbraak zou uit onverwachte hoek komen. De [[watergeuzen]] waren een verzameling [[Verbanning|balling]]en bestaande uit lage edelen, zeelieden, vissers, koopmannen en ambachtslieden die in 1567 gevlucht waren voor Alva en uitgeweken naar Engeland en het westen van Duitsland. Vanuit die oorden voerden ze op zee en kaapten schepen om in hun onderhoud te voorzien en Spanje schade aan te richten. Daarbij gingen zij geregeld hun boekje te buiten met [[Piraterij (zeeroverij)|piraterij]] door ook neutrale schepen aan te vallen. Bovendien hielden ze strooptochten op de Nederlandse kust.<ref>{{aut|Nimwegen, O}} & {{aut|Sicking, L.}}, 'De Opstand' in ''De Tachtigjarige Oorlog. Van opstand naar geregelde oorlog. 1568-1648'' blz. 47</ref>
 
Na de mislukte inval van 1568, wilde Oranje in de zomer van 1572 opnieuw vanuit meerdere kanten eende Nederlanden [[Oranjes tweede invasie|inval uitvoerenbinnenvallen]]. De watergeuzen werd gevraagd voor afleiding te zorgen. Een watergeuzenvloot onder leiding van [[Willem II van der Marck Lumey|Willem van der Marck]] strandde op 1 april 1572 bij [[Brielle|Den Briel]]. InHet deSpaanse stadgarnizoen was geenuit Spaansede garnizoenstad gelegerdweggeroepen omdat Alva manschappen had teruggeroepennodig voor de beveiliging van de Franse grens en daardoor kon het makkelijk [[Inname van Den Briel|ingenomen]] worden. De inname was een toevalstreffer en onverwachts aangezien Oranje nog niet gereed was met zijn legers. Onbedoeld werd Den Briel, geïsoleerd tussen waterwegen gelegen, het steunpunt voor de watergeuzen. De stadhouder [[Maximiliaan van Hénin-Liétard|Bossu]] probeerden de watergeuzen te verjagen maar slaagde niet doordat het gebied onderwater was gezet. Vanuit Den Briel werden vervolgens [[Vlissingen]] en daarna [[Veere (stad)|Veere]] en [[Zierikzee]] voor de opstand gewonnen. In het noorden liep [[Enkhuizen]] over naar de opstandelingen en werd zo het zenuwcentrum van de operaties in Noord-Holland. Vier maanden na Den Briel warenstonden de meeste steden in Holland en Zeeland, vaak onder dwang of dreiging gewonnenaan voorde kant van de opstand. Hiermee werden de grote waterwegen als de [[Maas]], [[Rijn]], [[Schelde (rivier)|Schelde]] en [[Zuiderzee]] door de geuzen beheerst. De watergeuzen profiteerden van de onvrede in de steden tegen het Spaanse bewind.<ref>{{Aut|Israel, J.I.}}, ''De Republiek'' blz. 190</ref> Waar de opstandelingen de macht overnamen werd het katholicisme verboden en werd het calvinisme de publieke kerk.
 
Oranje en zijn broer [[Lodewijk van Nassau (1538-1574)|Lodewijk van Nassau]] moesten door de plotselinge inname van Den Briel nu ook eerder in actie komen. Zij vielen de Nederlanden binnen op drie verschillende plaatsen. Lodewijk viel Henegouwen binnen in het zuiden en kreeg [[Bezetting van Bergen|Bergen]] in handen en in [[Valenciennes]] grepen de calvinisten de macht. [[Willem IV van den Bergh|Willem van den Bergh]] veroverde [[Inname van Zutphen|Zutphen]] in Gelderland waarna de meeste steden in Gelderland, Overijssel, Utrecht en Friesland zich ook bij de opstandelingen schaarden. Door de invallen moest Alva zijn legers in het zuiden houden ondanks de benarde situatie in het noorden. Bergen kreeg prioriteit en werd door Alva's zoon [[Fadrique Álvarez de Toledo|Don Frederik]] als eerst belegerd. Toen een Frans [[hugenoten]]leger te hulp kwam werd deze verslagen door Don Frederik. Verdere hulp van de hugenoten was niet meer te verwachten na de [[Bartholomeusnacht]] waarbij alle protestantse leiders de dood vonden. Oranje zette daarom zelf met een leger koers naar Bergen in de hoop dat Alva het beleg zou opheffen. Bij de tocht door Brabant sloten steden als [[Mechelen (stad)|Mechelen]], [[Diest]], [[Oudenaarde]], [[Dendermonde]], [[Leuven]] en [[Tienen]] zich aan bij de opstand. Alva verroerde zich echter niet en in september 1572 gaf Bergen zich over. Nu had Alva zijn handen vrij om af te rekenen met de opstandelingen.<ref>{{aut|Nimwegen, O}} & {{aut|Sicking, L.}}, 'De Opstand' in ''De Tachtigjarige Oorlog. Van opstand naar geregelde oorlog. 1568-1648'' blz. 58-63</ref><ref>{{aut|Groenveld, Simon; Leeuwenberg, H.L.Ph.}} (2008): ''De Tachtigjarige Oorlog. Opstand en consolidatie in de Nederlanden (ca. 1560 - 1650)'', blz. 97</ref>