Grafelijke zalen: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
wordt nog aan verder gewerkt
→‎Geschiedenis: + rolzaal + lairessezaal
Regel 38:
 
De oudste zalen zijn de Kelderzaal en de Rolzaal. Daarachter bevinden zich de De Lairessezaal (genoemd naar [[Gerard de Lairesse]]) met daarboven de Hogerbeetskamer (genoemd naar [[Rombout Hogerbeets]]). Boven de Rolzaal bevindt zich de Weeskamer. De grootste zaal, door Floris V gerealiseerd in de vorm van een Engelse koningszaal, is echter de Grote Zaal, die tegenwoordig de [[Ridderzaal]] wordt genoemd. In de kelder bevindt zich de [[expositieruimte onder de Ridderzaal]].
 
===Rolzaal===
De Rolzaal, oorspronkelijk de Oude Zaal van het middeleeuwse grafelijk hof van Holland, bevindt zich in het eigenlijke woongedeelte van de graven, wat tegenwoordig gesimplificeert het Rolgebouw wordt genoemd. De zaal is echter slechts één van de vertrekken in dit gebouw, dat drie lagen en een [[vliering]] bevat. Het gebouw omvat tevens de vierzijdige Haagtoren, waarin zich onder meer een kapelletje van [[Albrecht van Beieren]] bevond en twee [[Erkertoren|erkertorens]], waarin trappen naar de verdiepingen. In 1511 werd de Oude Zaal in gebruik genomen als rechtszaal ofwel [[Rol (procesrecht)|rolzaal]] van het [[Hof van Holland]]. Al snel werd de zaal naar de nieuwe functie vernoemd. De zaal bevat onder meer twee monumentale gotische [[Schouw|schouwen]]. Tegenwoordig wordt de zaal gebruikt voor officiële gelegenheden van de [[Staat der Nederlanden]]. De Rolzaal bevindt zich een stuk boven het maaiveld, boven de Kelderzaal.
 
===Kelderzaal===
De begane grond van dehet grafelijke zalenRolgebouw ligt deels beneden het maaiveld. Dit is niet de oorspronkelijke situatie. Ten tijde van de bouw lag het maaiveld lager dan tegenwoordig. Aan het einde van de middeleeuwen werd echter de grond van het Binnenhof opgehoogd, waardoor de begane grond de suggestie geeft dat het gaat om een [[souterrain]]. De plafondhoogte van deze ruimten is echter te hoog om te spreken van ondergeschikte vertrekken. Het grote overwelfde vertrek (dertiende eeuw) onder het Rolgebouw, dat wel wordt aangeduid als de “kelderzaal”, heeft een lengte van 24,5 meter en een breedte die uiteenloopt van 8,77 meter aan de zuidzijde tot 9,07 meter aan de noordzijde. Een oppervlak van meer dan 200 vierkante meter maakte de ruimte in de dertiende eeuw zeer bruikbaar voor officiële functies. Over deze ruimte bestaat echter nauwelijks documentatie.<ref>Monique van Veen: ''Het middeleeuwse Binnenhof''; in Virtus Journaal, p. 151-172, 2017; RU Groningen, issn 1380-6130 CC-BY-3.0</ref>
[[Bestand:Ramen buitenzijde kelderzaal Rolgebouw grafelijke vertrekken Binnenhof.jpg|thumb|De drie ramen van de kelderzaal onder de Rolzaal.]]
 
===Lairessezaal===
Het gebouw, vaak het Lairessegebouw wordt genoemd, betreft een in circa [[1329]] voltooide uitbouw van de bovengenoemde grafelijke woonvertrekken. [[Machteld van Lancaster]], echtgenote van [[Willem V van Holland]], had in de veertiende eeuw hier haar privévertrekken. In het Lairessegebouw bevindt zich de Lairessezaal, vernoemd naar schilder [[Gerard de Lairesse]], die de wanden ervan in de zeventiende eeuw van beschilderingen voorzag.
 
===Grote Zaal===