Coniferen: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Wijzigingen door 2A02:A450:523A:1:1159:5B9F:FF33:197A (Overleg) hersteld tot de laatste versie door RonaldB |
overvloedig ')'; Thuja en Juniperus zijn ook geslachten |
||
Regel 16:
De '''coniferen''' (wetenschappelijke naam ''[[Coniferae]]'', of bijvoorbeeld in de 23e druk van de ''[[Heukels' Flora van Nederland|Heukels]]'', ''[[Coniferales]]'') vormen een groep in het [[planten]]rijk met ruim zeshonderd soorten. Ze horen tot de [[naaktzadigen]] (''Gymnospermae'') en zijn daarvan de meest soortenrijke groep. Er zijn ook andere naaktzadigen, die dus géén coniferen zijn, ook al dragen ze de zaden in kegels.
[[Bestand:Esneux AR1aJPG.jpg|thumb|left|[[Mammoetboom]] (''[[Sequoiadendron giganteum]]'')]]
De naam "coniferen" betekent "kegeldragers". Ze heten zo omdat de zaaddragende structuren in een [[kegelvrucht]] (of ''strobilus'') georganiseerd zijn. Er zijn nooit echte vruchten, al kunnen er wel structuren zijn die fruitachtig overkomen, zoals bij de [[jeneverbes]] en bij ''[[Taxus]]''
In de volksmond wordt met conifeer veelal aangeduid een boom uit de geslachten ''[[Chamaecyparis]]''
De coniferen zijn houtige planten, meestal bomen, zogeheten "naaldbomen" vanwege de meestal naaldvormige bladeren. Naaldbomen groeien voornamelijk in de gematigde streken; voor zover ze voorkomen in meer tropische gebieden is dat in de bergen. Er bestaan "naaldboomsoorten" waarvan het loof meer op bladeren lijkt dan op [[Naald (plantkunde)|naalden]]. De meeste coniferen zijn altijd groen, maar er zijn ook enkele soorten die 's winters de naalden verliezen, zoals de [[lariks]], de [[watercipres]] en de [[moerascipres]]. De laatste twee verliezen zelfs de korte loten waarop de naalden staan.
Een [[pinetum]] (
==Economisch belang==
|