Litoměřice: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Labradorus (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 30:
== Geschiedenis ==
In de vroege middeleeuwen woonde hier de Slavische stam van de Lutomericii, die zijn naam gaf aan de latere stad. In de 10de eeuw behoorde het gebied tot het Boheemse koninkrijk en werd er een burcht opgericht. Rond 1225 werd een stad bij de burcht gesticht en voorzien van Duits (Maagdenburgs) stadsrecht en bevolkt met handswerkslieden en handelaren uit het naburige Saksen, maar ook uit het Rijnland.
De ontwikkeling bleef steken in de 14de eeuw nadat een brand de stad had verwoest en de pest de bevolking decimeerde. Tijdens de [[Hussieten]]oorlogen koos de stad de kant van de koning tegen de opstandelingen, maar omdat inmiddels het Tsjechische en Hussitischgezinde aandeel aan de bevolking sterk was toegenomen, koos de stad uiteindelijk de partij van de [[Utraquisten]] (Hussieten) en verdreef in 1436 het Duitse [[patriciaat]] uit de stadsregering. Economische bloei ging gelijk op met de nieuwe zelfbewuste koers en ook de inmiddels Luthers geworden Duitse minderheid koos stelling tegenover het centralisme van de koningen die inmiddels uit het Habsburgse huis stamden. Na de opstand van 1618 werd de stad op deze houding afgerekend. In de [[Slag op de Witte Berg]] werden Utraquisten en Lutheranen verslagen en vervolgens uitgewezen, tenzij zij zich bekeerden tot het Katholicisme. De stad ontvolkte en werd onieuwopnieuw ingericht als kerkelijk centrum - sinds 1655 een bisdom – en verrijkt met kloosters en scholen waarvan het barokke stadsbeeld nog steeds getuigt. Italiaanse architecten en kunstenaars speelden een bepalende rol in de nieuwbouw van de verwoeste en verlaten stad. Onder de nieuwe inwoners werden gaandeweg de Duitstaligen weer bepalend en vanaf 1738 zijn de raadsprotocollen, in plaats van Tsjechisch, Duits genotuleerd.
De economie van de stad werd steeds meer bepaald door de aanwezigheid van garnizoenen en de bouw van fortificaties, waaronder die van het naburige [[Theresienstadt (stad)|Theresienstadt]].
Door de tolerantie van keizer Joseph II konden aan het einde van de 18de eeuw zich ook weer Lutheranen en Joden in de stad vestigen en ontstond een nieuwe dynamiek. In de vroege 19de eeuw stamde een van de voorlopers van de Tsjechische nationale beweging [[Josef Jungmann]] uit Leitmeritz. Tot aan het einde van de Oostenrijkse periode zou de stad daarna in inwonertal van 3.000 tot 15.000 toenemen. Ook de Tsjechische minderheid groeide door de toevloed van plattelanders tot 7% in de volkstelling 1910. Vermoedelijk minstens drie maal meer, want tweetaligen gaven zich vaak als Duitstalig op. De Duitse meerderheid was zeer dominant en voelde zich bedreigd, wat zich manifesteerde in handhaving van het Duits als enige officiële taal en de onderdrukking van Tsjechische cultuuruitingen en scholen.