Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Wagenmeister (overleg | bijdragen)
→‎Nabijgelegen kernen: Doublure verwijderd
Labels: Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website
Wagenmeister (overleg | bijdragen)
Labels: Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website
Regel 56:
Al in de prehistorie werden er potten gebakken in Tegelen wat bevestigd is door verschillende vondsten van urnen. Sinds die tijd is er min of meer continu klei opgegraven om potten, pannen en stenen te bakken aanvankelijk voor regionale behoeften. Bij opgravingen in Tegelen zijn verschillende Romeinse pottenbakkers- en dakpanovens gevonden. De [[Sint-Martinuskerk (Tegelen)|Sint-Martinuskerk]] van Tegelen wordt al rond het jaar [[800]] vermeld in [[bisschop]]pelijke en [[klooster (gebouw)|klooster]]archieven. Wegens de strategische ligging werden er al vroeg diverse [[kasteel|kastelen]] en versterkte [[boerderij]]en gevestigd. Hiervan waren de belangrijkste het [[Kasteel Holtmühle]] en de [[De Munt (Tegelen)|Oude Munt]]. Gedurende de [[Middeleeuwen]] werd er dan ook geregeld strijd gevoerd in en om Tegelen en ook wegens de nabijheid van de [[vestingstad]] [[Venlo (stad)|Venlo]] waardoor legers die de vestingstad wilden innemen vaak in Tegelen bivakkeerden. In de loop der tijd werd in Venlo een [[kazerne]] gevestigd en in het nabije [[Blerick]] een [[fort (vesting)|fort]] waardoor er ook gedurende de [[16e eeuw]] t/m [[18e eeuw]] regelmatig plunderende legers door Tegelen trokken.
 
Het is weinig bekend dat Tegelen nog eeuwenlang tot het, op het Duitse achterland georiënteerde, [[hertogdomHertogdom Gulik]] heeft behoord, terwijl Venlo bij het meer op de Republiek gerichte [[Hertogdom Gelre]] behoorde. Tegelen was voor Venlo dus heel letterlijk 'buitenland' en vice versa. Dat feit verklaart dat het dialect van Tegelen duidelijk verschilt van dat van Venlo, en het verklaart ten dele ook de rivaliteit tussen beide stadsdelen, zie hiervoor [[Land van Gulik]]. We vinden de zwarte, ongekroonde leeuw van Gulik op een geel veld ook gedeeltelijk terug in de vlag van Tegelen (zie afbeelding).
 
Na de [[Franse tijd in Nederland|Franse Tijd]] ging Tegelen definitief naar het [[koninkrijkKoninkrijk der Nederlanden]]. Tegelen ontwikkelde zich al vroeg in de [[19e eeuw]] tot een regionaal industriecentrum. De traditioneel aanwezige potten- en steen bakkerijen groeiden uit tot grotere fabrieken en later in de eeuw kwamen er [[Staal (legering)|staal]]- en [[tabak]]sfabrieken bij. Na [[1900]] kwam hier de [[tuinbouw]] bij. De pottenbakkerskunst nam in Tegelen een hoge vlucht vanaf ongeveer [[1750]] tot de [[Tweede Wereldoorlog]].
 
Het economische en sociale leven voor deze oorlog werd beheerst door een klein aantal fabrikantenfamilies die elkaar de bal toespeelden<ref>Bekende fabrikantenfamilies waren Teeuwen, Kurstjens, Laumans, Russel en Hekkens</ref>. Een berucht voorbeeld van hoe dezen hun werknemers behandelden en in hun macht hielden is een affaire die speelde in de [[Eerste Wereldoorlog]]. De kleiwarenfabrikanten beweerden dat ze door de economische blokkade van Duitsland bijna failliet waren en dat ze alleen konden overleven door de (al magere) lonen drastisch te verlagen. De arbeiders gingen in staking maar op een gegeven moment was de stakingskas leeg. Door bemiddeling van de Tegelse geestelijkheid gingen de arbeiders weer aan het werk, maar wel tegen een zeer schamel hongerloon. Achteraf kwam naar buiten dat de fabrikanten nooit op het punt van faillissement hadden gestaan maar daarentegen exorbitante winsten hadden opgestreken door hun zeer lage loonkosten. Dat ze inderdaad flink verdienden is nog steeds te zien aan de enorme villa's die deze fabrikanten bewoonden en die her en der in Tegelen staan.