Kempense gotiek: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
k Link gelijk aan linktekst
Regel 4:
De stijl kenmerkt zich als plattelandsvariant door een sterke vereenvoudiging van de klassieke [[Gotische architectuur|gotiek]]. Met de Brabantse gotiek heeft de Kempense gotiek het gebruik van het [[koolbladkapiteel]] gemeen. [[Baksteen]] is het belangrijkste bouwmateriaal. Kerken hebben veelal een [[basiliek|basilicale]] of pseudo-basilicale opzet, waarbij de [[zijbeuk]]en gedekt worden door een [[lessenaarsdak]]. [[Schip (bouwkunst)|Schip]] en zijbeuken zijn meestal in hout en slechts in enkele gevallen in steen overwelfd; [[luchtboog|luchtbogen]] ontbreken echter geheel. Het [[priesterkoor|koor]] heeft een stenen gewelf. Portalen hebben meestal de vorm van een [[korfboog]]. Vaak is een [[transept]] aanwezig.
 
In Nederland zijn slechts weinig kerken in de stijl van de Kempense gotiek bewaard gebleven; met name in de tweede helft van de 19e eeuw zijn er veel gesloopt en vervangen door nieuwbouw. Het best bewaard zijn de [[Sint-Martinuskerk (Weert)|Sint Martinuskerk]] in [[Weert (stad)|Weert]] ([[Hallenkerk|Hallenkerk),]]), de hervormde kerk van [[Helvoirt]] en de oude kerk van [[Middelbeers]]. Een ander voorbeeld is de kerk van [[Chaam]], waarvan echter de bijzondere toren in 1944 werd opgeblazen en daarna niet werd herbouwd. Ook in België zijn slechts weinig kerken intact gebleven. De kerk van [[Poppel]], overigens grotendeels een naoorlogse reconstructie, geeft echter een goede indruk van de stijl.
 
[[Afbeelding:Oirschotpetrustoren.jpg|thumb|250px|[[Oirschot (plaats)|Oirschot]]: toren [[Sint-Petruskerk (Oirschot)|Sint-Petruskerk]]]]