Robertskruid: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Van Uildriks & Bruinsma 1898 in ws-nl / Floron |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 22:
De tot 6,5 cm grote [[blad]]eren zijn driehoekig, en een of tweemaal geveerd. De drie- tot vijftallige bladeren geven een goed middel om het robertskruid van andere ''Geranium''-soorten te onderscheiden. Op droge ondergrond kleuren de bladeren rood. Ook de [[stengel]] kleurt vaak rood.
De plant bloeit van april tot november. De roze (zeer zelden witte) [[bloem (plant)|bloem]]en hebben een doorsnee van 2 cm. De vijf kelkbladen zijn eirond tot langwerpig. De vijf [[kroonblad]]en zijn nauwelijks uitgerand. De bloemen zijn [[tweehuizig]] en worden [[bestoven]] door onder meer bijen. Het [[stuifmeel]] en de helmhokjes hebben een paarse of oranje kleur. De plant heeft een voorkeur voor beschaduwde plaatsen; men kan hem dan ook vaak langs wandelpaden in [[loofbos]]sen aantreffen.
De vrucht zou gelijken op de snavel van een kraanvogel (''geranos'' = kraanvogel). De [[stijl (plant)|stijl]]en blijven aan de [[zaad (plant)|zaden]] zitten en geven zo een [[Snavel (plant)|snavelachtig]] uitzicht aan de vrucht. De vrucht is een [[splitvrucht]] en bevat vijf eenzadige deelvruchtjes. Bij uitdroging van de rijpe vrucht breekt de [[snavel (plant)|snavel]] open en worden de zaden in vijf richtingen geschoten, tot zes meter ver.
| |||