Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 11:
Bij afspelen wordt de informatie in de recorder (analoog of digitaal) weer omgezet in een elektrisch audiosignaal, versterkt en zo nodig bewerkt en uiteindelijk weer hoorbaar gemaakt via een [[luidspreker]] of [[hoofdtelefoon]].
 
Een analoog audiosignaal vergt twee (mono) of drie (stereo) aders, of bij aparte kabels voor de linker- en rechterluidspreker, twee per kabel. Vaak eindigen deze aparte kabels in twee ontblote aders (in totaal vier), die in de geluidsinstallatie worden geklemd, of elk een [[tulpstekker]]. Een kabel voor stereo, met voor links en rechts een gemeenschappelijke kabel, heeft vaak een drie-aderige [[jackplug]].
 
[[Categorie:Artistieke techniek]]