Pieter Coecke van Aelst: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Redactie
Regel 18:
Hij was waarschijnlijk van 1517 tot 1521 leerling van [[Bernard van Orley]] in [[Brussel (stad)|Brussel]]. Pieter Coecke maakte midden jaren 20 een reis naar [[Italië]], waar hij kennis maakte met de Italiaanse [[Renaissance (stijlperiode)|renaissancekunst]]. Na 1521 heeft hij gewerkt in het atelier van [[Jan van Dornicke|Jan Mertens van Dornicke]] (mogelijk dezelfde schilder als de [[Meester van 1518]]), waarna hij diens dochter Anna Mertens trouwde. Zij kregen twee kinderen. In 1527 stierf Jan Mertens van Dornicke en werd Pieter Coecke lid van het [[Antwerpse Sint-Lucasgilde]]. Anna Mertens overleed kort daarop. In 1533 vertrok hij voor een jaar naar [[Constantinopel]] in een mislukte poging zakenrelaties te verwerven voor zijn tapijten. In 1537 hertrouwde hij met [[Mayken Verhulst]] uit Mechelen. Ze kregen drie kinderen, onder wie een dochter Mayken.
 
Coecke zette in 1544 een tweede [[atelier]] op in [[Brussel (stad)|Brussel]]; daar maakte hij onder andere zijn zeer grote kartons voor de wandtapijten die in Brusselse ateliers werden uitgevoerd.Een van die kartons is bewaard gebleven en recent helemaal gerestaureerd en is nu te bezichtigen in het Broodhuis op de Oude Markt in Brussel. [[Pieter Brueghel de Oude]] was een leerling van 1545 tot 1550 en trouwde in 1563 Pieter Coeckes [[Mayken Coecke|dochter Mayken]]. Hierover werd door [[Karel van Mander]] 50 jaar later een anekdote geschreven: Bruegel zou tijdens zijn kost en inwoon bij zijn leermeester Pieter Coecke regelmatig met de toen nog kleine Mayken, zijn latere echtgenote, op de arm hebben rondgelopen. Er is ook verondersteld dat de hand van Bruegel - die zich in eerste instantie voornamelijk als landschapskunstenaar ontwikkelde - terug te vinden zou kunnen zijn in de geschilderde landschappen in de achtergronden van werken van zijn leermeester. Andere leerlingen waren [[Willem Key]], [[Nicolas de Neufchâtel]], en zijn eigen zonen [[Pieter Coecke van Aelst (II)|Pieter II]], [[Michiel Coecke van Aelst|Michiel]] en [[Pauwels Coecke van Aelst|Pauwels]].
 
Coecke heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan het verspreiden van de [[Noordelijke renaissance|renaissance naar het Noorden]] met zijn werken, maar ook door zijn boeken. Hij vertaalde [[Sebastiano Serlio]]'s ''Libri d'architettura'' dat in 1539 werd gepubliceerd. [[Hans Vredeman de Vries]] fungeerde als zijn heraut.