Mont-Cenismassief: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 23:
Het '''Mont-Cenismassief''' vormt een deel van de Westelijke Alpen in [[Frankrijk]] en [[Italië]]. Het hoogste punt van het Mont-Cenismassief wordt gevormd door de Pointe de Ronce met een hoogte van 3612 meter.
 
In ruime zin strekt het Mont-Cenismassief van de [[Cime du Grand Vallon]] (Punta Bagnà) tot de Mont Tour (3385m). De [[Rocciamelone]] wordt niet meer tot dit massief gerekend. Dit ruimere massief bestaat ookuit enkele submassieven: Scolette, Ambin en Mont-Cenis. Ten noorden en oosten van het Mont-Cenismassief ligt de "Centrale groep" van de [[Grajische Alpen]], met de [[Pointe de Charbonnel]] als hoogste punt. Ten westen van het Mont-Cenismassief ligt het [[Cerces-Thabormassief]]; een stuk verder naar het zuiden ligt de hoogste berg van de Cottische Alpen, de [[Monviso (berg)|Monviso]].
 
== SOIUSA ==
In het Italiaanse [[SOIUSA]]-voorstel ter classificatie van de Alpen wordt de grens tussen de [[Grajische Alpen]] en de [[Cottische Alpen]] op de Col du Mont-Cenis gelegd. Het deel ten oosten en noorden van de Col du Mont-Cenis hoort aldus tot de [[Grajische Alpen]]. Het hierboven gedefinieerde submassief van Mont-Cenis, wordt hier de ''Gruppo Roncia-Lamet'' genoemd en vormt het meest zuidwestelijke deel van de ''Alpi di Lanzo e dell'Alta Moriana'' (Fr: ''Alpes de la Haute Maurienne et de Lanzo'') (kortweg ''zuidelijke Grajische Alpen''), waarvan de [[Pointe de Charbonnel]] in de SOIUSA-classificatie het hoogste punt vormt.
 
Het deel ten westen en zuiden van de Mont-Cenispas (submassieven Ambin en Scolette) worden tot de [[Cottische Alpen]]. In de SOIUSA-classificatie zijn de Mont-Cenisalpen of noordelijke"Noordelijke [[Cottische Alpen]]" veel uitgestrekter en hoort het grootste deel van het [[Cerces-Thabormassief]] (ten oosten van de [[Col du Galibier]], met de [[Grand Galibier]] als hoogste punt) ook tot deze "subsectie" als de zogeheten ''Catena Chaberton-Tabor-Galibier''. De submassieven Ambin en Scolette worden respectievelijk als de ''Gruppo d'Ambin'' en ''Gruppo della Pierre Menue'' aangeduid. Een derde groep ''Gruppo della Rocca Bernauda'' (in de Franse classificatie deel van het Cerces-Thabormassief) vervolledigt de ''Catena Bernauda-Pierre Menue-Ambin''.
 
== Belangrijkste toppen ==