Yves Klein: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Infobox
Labels: Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website
Regel 38:
Kleins bekendste tentoonstelling, ''Le Vide'', werd in 1958 gehouden in Iris Clerts galerie te Parijs. Het was een uitgewerkte mise-en-scène: de ruiten van de galerij waren blauw geschilderd en een gewelf van blauw weefsel was geïnstalleerd voor de ingang. De galerie zelf was helemaal leeg, terwijl de muren door Klein zelf waren witgeschilderd. Daarvoor sloot hij zich 48 uur op in de galerie, alleen. Volgens Klein zelf versterkte zijn actieve aanwezigheid de artistieke atmosfeer. Op de opening kregen de gasten een blauw drankje, waardoor hun [[urine]] blauw kleurde. Hun lichaam werd als het ware helemaal bevrucht, verzadigd met blauw. Kleins bedoeling was de gevoeligheid enerzijds buiten weer te geven in aanraakbare zichtbare materie en anderzijds binnen de immaterialisatie van blauw. De kleur was niet in de ruimte, ze is de ruimte binnengedrongen, die ermee overladen is.
 
In 1960 presenteerde hij in het ''[[Musée des Arts décoratifs]]'' van Parijs voor het eerst zijn ''Monogold'' (fijn goud op doek) en zijn project ''Architecture de l'air'' met zijn ''Cosmogonies'', waarbij hij de natuurlijke elementen regen, wind en bliksem gebruikte in een [[performance]]-stijl. Dat jaar nam hij deel aan de stichting van het ''[[nieuw realisme|Nouveau Réalisme]]''. Te Milaan exposeerde hij met die groep. In diezelfde periode werd hij lid van de stichting ''Nouveaux Réalistes'' en exposeert met hen, eveneens in Milaan. Het nouveau-realisme was een reactie op de abstract-expressionistische stromingen. Er werd gebruikgemaakt van alledaagse voorwerpen en gebeurtenissen die een speciale bewerking ondergingen, bijvoorbeeld door ze het te verpakken, assembleren of in beweging te brengen. De dagelijkse realiteit werd verheven tot kunst. Daarmee heeft de stroming ook veel gemeenschappelijk met [[Popart (kunststroming)|popart]]. Een spilfiguur was kunstcriticus [[Pierre Restany]], maar de kunstenaars Yves Klein, [[Arman (kunstenaar)|Arman]], [[Martial Raysse]], [[Jean Tinguely]] en [[Daniel Spoerri]] gaven de toon aan.
 
In 1961 maakte hij met een witgloeiende gasstraal zijn ''Peintures de Feu''. In zijn laatste levensjaar creëerde hij nog een bronzen reliëfportret van Arman, dat hij in de blauwe verf stak op een gouden paneel.