Mike Leigh: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 36:
Leigh kon niet goed aarden in Rada, en vond de wekelijkse klassen om te leren lachen, huilen en blij zijn maar niets en werd dan ook niet meer dan een gemiddelde student. Later stapte hij over naar de Camberwell School of Arts and Crafts (in 1963), de Centrale Saint Martins College of Art and Design, en de [[London Film School|London School of Film Technique]] in [[Charlotte Street]]. Toen hij net aangekomen was in Londen was één van de eerste films die hij zag ''[[Shadows (1959)|Shadows]]'', een 'geïmproviseerde' prent van [[John Cassavetes]], waar een groep van onbekenden gevolgd werd terwijl ze 'wonen, werken en ruziën' in de straten van New York, en Leigh kreeg het gevoel dat het mogelijk was om een film te maken van absoluut niets en met een groep acteurs en het verhaal zich te laten ontwikkelen door improvisatie." <ref>Coveney, p.60</ref> Andere invloeden van deze tijd zijn onder meer [[Harold Pinter]]s ''[[The Caretaker]]'' - "Leigh was onder de indruk van de film en de productie van 'Arts Theater'," - [[Samuel Beckett]], waar hij boeken van verslond, alsook de surreële schrijfsels van [[Flann O'Brien]], wiens tragikomisch werk zeer aantrekkelijk was voor Leigh. Andere invloedrijke en belangrijke werken die hij in die periode zag zijn onder meer: ''[[Endgame (toneelstuk)|Endgame]]'', [[Peter Brook]]s ''[[King Lear]]'', en in 1965, [[Peter Weiss]]' ''[[Marat/Sade]]'', een productie volledig ontwikkeld via improvisatie, de acteurs hebben hun karaktereigenschappen ontwikkeld op basis van de mensen die ze bezocht en bestudeerd hebben in een psychische instelling. De visuele werelden van [[Ronald Searle]] <ref>''Marlow meets Mike Leigh'', Sky Arts</ref>, [[George Grosz]], Picasso, en [[William Hogarth]] hadden een andere soort invloed op hem. Leigh heeft ook vele kleine rollen vertolkt in BBC-films van de jaren 60, (''West 11'',''Two Left Feet''), en ook speelde hij een jonge doofstomme, die ondervraagd werd door [[Rupert Davies]], in de BBC-tv-serie ''[[Maigret]]''. In 1964/65 sloot hij een partnership af met [[David Halliwell]], en samen ontwierpen en regisseerden ze de productie van ''Little Malcolm and his Struggle Against the Eunuchs'' bij het [[Unity Theatre, London|Unity Theatre]].
 
Hij heeft theater gestudeerd aan de Koninklijke Academie van Dramatische Kunst, en vervolledigde zijn opleiding aan de Camberwell Kunstschool en de De Centrale school van Kunst en Ontwerp.<ref>Coveney, p.66</ref> Hij begon zijn carrière als theaterregisseur en scenarioschrijver midden in de jaren 60. In de jaren 70 en 80 begonwisselen hij meertheaterwerk en meerfilms temaken werkenelkaar alsaf. filmregisseurZijn voorfilms, dedie hij voor BBC-televisie, waarvan vele kenmerkendmaakt, warenkenmerken gemaaktzich indoor zijneen 'grauwe' realistische filmstijl. Zijn bekendste fims zijn onder meer ''[[Life Is Sweet (film)|Life is Sweet]]'' (1990), het komedie-drama ''[[Career Girls]]'' (1997), Het verhaal van Gilbert and Sullivan [[Biografische film|biopic]], ''[[Topsy Turvy]]'' (1999), en het grauwe werkmansdrama ''[[All or Nothing (film)|All or Nothing]]'' (2002). Zijn meest controversiële werken zijn zeker ''[[Naked (film)|Naked]]'' (1993) waarvoor hij de [[Best Director Award (Cannes Film Festival)|Best Director Award]] in ontvangst mocht nemen op het [[festival van Cannes]],<ref name="festival-cannes.com">{{cite web |url=http://www.festival-cannes.com/en/archives/ficheFilm/id/2574/year/1993.html |title=Festival de Cannes: Naked |accessdate=2009-08-22|work=festival-cannes.com}}</ref>, het met een [[BAFTA]]-prijs (een Oscar-nominatie) en een [[Palme d'Or]] bekroonde ''[[Secrets & Lies (film)|Secrets & Lies]]'' (1996), en de winnaar van de [[Gouden Leeuw (prijs)|Gouden Leeuw]] ''[[Vera Drake]]'' (2004).
 
Volgens de criticus [[Michael Coveney]] bevatten Leighs fims en theater-stukken,:"bestaan ​​uit een onderscheidend, homogeen oeuvre die de vergelijking doorstaat met iemand in het Britse theater en de bioscoop over dezelfde periode." <ref>''The world according to Mike Leigh'', p.8, Michael Coveney, Harper Collins 1996</ref> Coveney erkent verder de grote rol van Leigh in het maken van film- en theatersterren&nbsp;– [[Liz Smith]] in ''Hard Labour'', [[Alison Steadman]] in ''Abigail's Party'', [[Brenda Blethyn]] in ''Grown-Ups'', [[Antony Sher]] in ''Goose-Pimples'', [[Gary Oldman]] en [[Tim Roth]] in ''[[Meantime (film)|Meantime]]'', [[Jane Horrocks]] in ''Life is Sweet'', [[David Thewlis]] in ''Naked''&nbsp;– en verder merkt hij ook op dat de lijst van sterren die met Leigh hebben samengewerkt, ongelofelijk mooi oogt&nbsp;– onder andere [[Sheila Kelley (British actress)|Sheila Kelley]], [[Paul Jesson]], [[Phil Daniels]], [[Lindsay Duncan]], [[Lesley Sharp]], [[Kathy Burke]], [[Stephen Rea]], [[Sam Kelly]], [[Eric Richard]], [[Julie Walters]]&nbsp;– "De lijst is oogverblindend en een mooie verzameling van uitstekend Brits acteertalent." <ref>Coveney, World according to Mike Leigh, p.9</ref> In januari 1994 schreef [[Ian Buruma]] in de ''[[New York Review of Books]]'' : "Het is moeilijk om in een Londen een bus te nemen, of in een restaurant te eten, zonder iets te horen over Mike Leigh. Net zoals andere grote en originele kunstenaars heeft ook Leigh zijn eigen terrein afgebakend. Leighs Londen is net zo typerend als [[Federico Fellini|Fellini]]'s Rome of [[Yasujiro Ozu|Ozu]]'s Tokyo."<ref>Buruma, quoted in Coveney, the world according to Mike leigh, p.14</ref>