Cookeilanden: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 168:
=== Bodem en hydrografie ===
[[Bestand:Aitutaki Lagune.JPG|thumb|250px|right|De [[lagune]] van het atol [[Aitutaki]]. De meeste Cookeilanden hebben geen natuurlijke zoetwaterreserves of rivieren.]]
De bodem van de verschillende Cookeilanden is afhankelijk van het [[eiland]] systeem. We kunnen hier een opdeling maken aan de hand van de ligging. De bodem van de Noordelijke Cookeilanden is gelijkaardig aan deze van andere [[Atol (geologie)|atollen]] in [[Oceanië]]. Ze zijn opgebouwd uit [[koraal (zoölogie)|koraal]], waarboven een dunne laag organisch materiaal ligt. De bodem voedselarm, poreus en ze is bijna enkel geschikt voor [[kokospalm|kokospalmen]], [[pandanus]] en enkele andere soorten tropische planten. Door de inwoners wordt in waterrijk gebied [[taro]] geteeld. De bodem van de meeste Zuidelijke eilanden, zijnis daarentegen van [[vulkanisch eiland|vulkanische oorsprong]] en dus vruchtbaarder. Hierdoor zijn ze meer geschikt voor landbouw. De laaglanden van deze eilanden worden gedomineerd door vruchtbare [[alluviaal|alluviale bodems]]. Het binnenland van Atiu, en het hele eiland van Rarotonga zijn blootgesteld aan sterke erosie, mede door de ananasplantages.
 
Het weinige water dat door de grond van de noordelijke eilanden sijpelt is licht [[brak water|brak]], en is uitgeput. Om de eilanders van drinkbaar water te voorzien moeten ze dus regenwater opslaan in speciale tanks. Op Pukapuka, Nassau en Rakahanga zijn er waterputten waar het regenwater wordt opgeslagen. Op de vulkanische eilanden in het zuiden, is het grondwater wel van goede kwaliteit. Op Rarotonga en Mangaia halen ze hun water uit bronnen en kleine beekjes. Op de andere eilanden halen ze hun water uit grote [[grondwater]] reserves.