Academische graad: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
verschil tussen België en Nederland bij het gebruik van het prefix "mr." (wat voor meester staat)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 7:
De afkortingen van de oorspronkelijke graden, uit de tijd dat deze voor het eerst werden toegekend (in de Middeleeuwen), stammen uit het [[Latijn]]; 'B.' stond voor ''[[baccalaureus]]'', 'M.' voor ''magister'' en 'A' voor ''artes''. Hieraan is 'LL.' toegevoegd; deze afkorting staat voor 'legum', de tweede naamval ([[genitivus]]) meervoud van 'leges' (wetten). De afkortingen 'S' en 'Sc.' zijn van recentere datum. Al deze afkortingen staan achter de persoonsnaam.
 
Degenen die een universitaire masteropleiding hebben afgerond mogen zowel de mastergraad voeren als de reeds bestaande Nederlandse titels [[doctorandus]] (drs.), [[meester in de rechten]] (mr.) en [[ingenieur]] (ir.). Deze staan in tegenstelling tot de mastergraad vóór de naam. Het Belgische (en Franse) equivalent van doctorandus was het [[licentiaat]]. In België mag men pas "mr." als prefix gebruiken wanneer men officieel advocaat aan een Belgische balie is.
 
Na de universitaire masteropleiding kan men zich verder bekwamen en [[Wetenschappelijke promotie|promoveren]]. Dan verkrijgt men de [[doctor|doctorsgraad]]. Deze mag men uitdrukken met de afkorting dr. voor de naam. Internationaal is de meest gebruikelijke variant die van ''PhD''. Dit staat voor het Latijnse ''philosophiae doctor''. Letterlijk vertaald is dit "doctor in de filosofie", maar de graad is van toepassing op iedereen die gepromoveerd is, ongeacht het studiegebied (zie ook [[Doctor of Philosophy]]).