Droogdal: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
JHN (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
JHN (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 3:
In Nederland komen droge dalen voor in [[Zuid-Limburg (Nederland)|Zuid-Limburg]] en in België onder meer in Droog-[[Haspengouw]] en de [[Voerstreek]]. Soms loopt er een zogeheten [[holle weg]] door de grub, maar een grub en een holle weg zijn niet identiek. Onder meer in het [[Savelsbos]] liggen bekende grubben. Zij geven aan steile hellingen een grillig karakter, daar ze soms diep in het bovenliggend plateau insnijden.
 
Ook inIn [[stuwwal]]len, zoals de [[Veluwe]], de [[Utrechtse Heuvelrug (stuwwal)|Utrechtse Heuvelrug]] en de [[Nederrijnse heuvelrug]] zijn de droogdalen in de [[Saalien|voorlaatste ijstijd]] en de [[Weichselien|laatste ijstijd]] droogdalen ontstaan. Doordat gedurende de beide ijstijden de bodem permanent bevroren was, [[permafrost]], kon smeltwater van sneeuw en van de gletsjertongen niet in de zandige ondergrond wegzakken. Het water sleet geulen in de hard bevroren ondergrond en vormde zo dalen. Als in het voorjaar en in de zomer de toplaag van een bevroren bodem ontdooide ontstonden modderstromen. Door dit proces van [[solifluctie]] werden de dalen deels opgevuld en ontstonden [[sanders]]. De toen gevormde dalen staan nu bijna allemaal droog want in de grove zandgrond zakt water, nu de ondergrond niet meer bevroren is, meteen weg.
 
'''Voorbeelden van droogdalen '''