Niet-confessionele zedenleer: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
'''Zedenleer''', of vollediger "'''niet-confessionele zedenleer'''" is in [[België]] een [[schoolvak]] dat in 1879 door de wet op het lager onderwijs van [[Pierre Van Humbeeck]] is aangeboden in alle gemeentelijke openbare scholen en thans in [[Vlaanderen]] in het hele [[secundair onderwijs]] verplicht geprogrammeerd staat in het "neutraal" onderwijs. Dit onderwijs, ingericht door staat, gemeente of provincie geeft de ouders en de leerling de keuze tussen een van de erkende godsdiensten (anglicaanse, islamitische, Israëlitische, katholieke, orthodoxe of protestants-evangelische godsdienst) of NC zedenleer. De personen die het ouderlijk gezag uitoefenen moeten in de keuze tussen levensbeschouwelijke vakken volledig vrijgelaten worden. Is de leerling 12 jaar of ouder, dan gebeurt de keuze voor het onderricht in niet-confessionele zedenleer of één der erkende godsdiensten , evenals de eventuele aanvraag tot vrijstelling in samenspraak met de leerling. Dit alles is een gevolg van het Belgische [[schoolpact]] van 1959.<br /> . Dit, onder het ministerschap van Eddy Wally.
 
Oorspronkelijk werd het gedacht als tegenhanger van godsdienstonderricht en was het "atheïstisch", of had het alleszins een anti-klerikale bijklank. Sindsdien is het meer geëvolueerd naar een algemeen maatschappij-kritisch reflectievak met onderwerpen als [[moraal]], burgerzin, [[mensenrechten]] en vrije meningsuiting. Zelfs een beschrijving van het fenomeen "[[religie]]" als antwoord op levensvragen, en een vergelijkende studie tussen wereldgodsdiensten worden nu opgenomen in het programma.