Realisme (filosofie): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 60:
Het ''structural realism'' van [[John Worrall]] is ook een poging om de positie van het realisme te versterken door de reikwijdte van de claims van de antirealist te verzwakken. Volgens Worrall moeten we bij elke theorie een onderscheid maken tussen (1) de aard van de enteiten die zij postuleert, en (2) de structuur van de causale relaties die tussen die entiteiten bestaat. Een structuurrealist claimt alleen van het tweede dat de wetenschap hier de waarheid vindt, terwijl hij ten opzichte van het eerste agnost blijft.
 
Dit onderscheid zou Worrall bijvoorbeeld in staat stellen om onder voor het realisme lastige gevallen als de geschiedenis van theorieën van [[licht]] uit te komen. Licht werd eerst, door mensen als [[Christiaan Huygens]], gezien als een golfverschijnsel in een medium dat de [[ether (medium)|ether]] genoemd werd; daarna, onder invloed van [[Isaac Newton]], als een stroom van deeltjes; vervolgens, met het succes van de theorie van [[Augustin- Jean Fresnel]] weer als golven; na de verklaring van het [[foto-elektrisch effect]] door [[Albert Einstein]] werd het weer mogelijk om licht als deeltjes te zien; terwijl uiteindelijk de [[kwantummechanica]] leidde tot een beeld van licht als zowel golf als deeltje. Gegeven deze radicale veranderingen lijkt het lastig voor de realist om vol te houden dat al die succesvolle theorieën ongeveer juist waren.
 
Worrall kan dit - volgens eigen zeggen - wel, aangezien de gepostuleerde aard van het licht wel steeds radicaal veranderde bij deze wisselingen van theorie, maar de onderliggende wiskundige beschrijving van de causale structuur steeds in grote lijnen behouden bleef. Aangezien de structuur-realist alleen ten opzichte van dit laatste realist is, zou hij hier dus geen probleem hebben.