Flavius Julius Valens: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
DennisPeetersBot (overleg | bijdragen)
Regel 44:
Na ternauwernood aan arrestatie ontkomen te zijn, dook hij onder. Hij kwam weer boven water in Constantinopel, waar hij op 28 september 365 in staat bleek om twee militaire eenheden op doortocht door de hoofdstad te overtuigen om hem tot keizer uit te roepen. Hoewel de eerste reactie in de stad lauw lijkt te zijn geweest, steeg Procopius snel in de gunst door effectief gebruik te maken van propaganda: hij sloot de stad af van rapporten uit de buitenwereld en verspreidde het gerucht dat keizer Valentinianus zou zijn overleden; hij begon met het slaan van munten waarop hij zich liet voorstaan op zijn connecties met de [[Constantijnse dynastie]]; deze link buitte hij verder uit door het inzetten van de weduwe [[Faustina]] en de dochter van [[Constantius II]] als pronkstukken voor zijn regime. Hiermee boekte hij enig succes, met name onder soldaten die loyaal waren aan de Constantijnse dynastie en onder Oosterse intellectuelen die zich onder de Valentinianen al snel vervolgd begonnen te voelen.
 
Toen het nieuws kwam dat Procopius in opstand was gekomen hem bereikte, stortte Valens in. Hij dacht erover na om [[troonsafstand|afstand van de troon te doen]] en overwoog misschien zelfs om [[zelfmoord]] te plegen. Zelfs nadat hij besloten had toch te vechten, werden Valens' inspanningen om Procopius' opstand neer te slaan, bemoeilijkt door het feit dat de meeste van zijn troepen, toen hij van de opstand vernam, de [[Cilicië|Cilicischë poort]] al waren doorgetrokken op weg naar [[Syria]]. Niettemin stuurde Valens twee legioenen naar het westen om met Procopius af te rekenen. Tot Valens' frustratie slaagde Procopius er echter gemakkelijk in deze legioenen over te halen om naar hem over te lopen. Later dat jaar werd Valens zelf bijna gevangen genomengevangengenomen in een raid in de buuurt van [[Chalcedon]]. De problemen werden nog verergerd door de weigering van [[Valentinianus I|Valentinianus]] om meer te doen dan zijn eigen grondgebied tegen de troepen van Procopius te beschermen.
Door het ontbreken van significant keizerlijk verzet in 365 kon Procopius grote stukken van het rijk onder zijn controle brengen. Aan het einde van jaar had hij de controle over de diocesen van [[Thracië]] en [[Asia (Romeinse provincie)|Asia]].