Slag bij Varna: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Çelebi (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Çelebi (overleg | bijdragen)
Regel 56:
Een gemengd [[christendom|christelijk]] Europees leger, dat vooral uit Hongaren en Polen bestond, maar ook [[Bourgondiërs]], [[Engelsen]], [[Tsjechië|Tsjechen]], Pauselijke ridders, [[Bosnië en Herzegovina|Bosniërs]], [[Kroatië|Kroaten]], Bulgaren, [[Roemenië|Roemenen]] en Roethenen vochten op 11 november tegen het Osmaanse leger. De Hongaren waren goed bewapend en de beloofde hulp uit [[Walachije]] en [[Constantinopel]] kwam ook opdagen. Anderzijds kon de beloofde steun van de Albanezen onder [[Skanderbeg]] het slagveld niet bereiken, omdat zij door de Serviërs van [[George Branković]] (tevens Murad's schoonvader) werd onderschept.
 
Volgens de kroniekschrijvers begon een felle strijd al vroeg in de ochtend. Aanvankelijk waren de kruisvaarders op het winnende hand. Zij hadden de linker- en rechtervleugels van het Osmaanse leger doen terug trekken. Sultan Murad zag hoe de gouverneur-generaal van [[Anatolië]], Karaca Beg, sneuvelde. Daarop begonnen de Osmaanse troepen uit de Balkan zich ook terug te trekken en vluchtten in groepen naar de bergen. Murad bleef achter op het slagveld alleen met de infanterie of de [[janitsaren]], de troepen behorend tot het Huis van [[Osman I|Osman]]. Maar ook zij hoopten de slag te stoppen om te voorkomen dat Sultan Murad gevangen zou worden genomen.
 
Op dit moment van twijfel bleken de vaardigheden van Sultan Murad's heer, Karaca Beg, doorslaggevend te zijn in de overwinning. Hij wist zijn kalmte te bewaren en adviseerde de sultan om de juiste beslissingen te nemen. Zo was de mogelijke bezetting van de Osmaanse hoofdstad [[Edirne]] vermeden. Murad besloot op het slagveld te blijven en het falen van de Hongaarse koning Wladislas veranderden het tij van de strijd. Samen met de [[janitsaren]] en [[azabs]] (Turkse soldaten) die nog niet gevlucht waren, begon Murad de aanvallen af te slaan vanuit een ingegraven positie. Deze positie bestond uit een loopgraaf en een bolwerk waarrond schutters gewapend met [[Haakbus|haakbussen]] gestationeerd waren. De[[kruisvaarder|kruisvaarders]] leden vele verliezen door het geweervuur en boogschotten in hun pogingen om door deze defensieve versterking van het centrum van het Osmaanse leger te doorbreken. Ze ondernamen vruchteloos zeven pogingen. Koning [[Wladislas]] van Polen kwam om bij een van deze pogingen. De koning en zijn gevolg braken door de sloot. De gedisciplineerde en getrainde [[janitsaren]] lieten hen passeren om ze daarna te omsingelen. Een janitsaar velde het paard van de koning die op de grond viel en een andere janitsaar kapte het hoofd van de koning af. Deze gebeurtenis veranderde de gang van de slag. Hoewel de strijd bleef verder woeden en de gevluchte Osmaanse troepen zich terug in de strijd voegden, had het Osmaanse leger de overwinning al binnen gehaald.