Jan Pieter Heije: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
plaatje uit boek
BloemBloem (overleg | bijdragen)
+afb voorblad
Regel 1:
'''Jan Pieter Heije''' ([[Amsterdam]], [[1 maart]] [[1809]] – aldaar, [[24 februari]] [[1876]]) was een [[Nederland]]se [[arts]], die vooral bekend is geworden om zijn inzet voor [[Poëzie|dichtkunst]] en [[muziek]]. Liederen van zijn hand, zoals '[[Daar zaten zeven kikkertjes]]' en het Sinterklaaslied 'Zie de maan schijnt door de bomen', leven tot op de dag van vandaag voort.
 
==Leven==
HijJan Pieter Heije studeerde [[geneeskunde]] in zijn geboorteplaats Amsterdam. In [[1832]] [[wetenschappelijke promotie|promoveerde]] hij en vestigde zich als arts in Amsterdam. Hij trouwde op 14 november [[1850]] met Maria Margaretha van Voorst.
 
Heije had zitting in vele landelijke besturen en kon zich in die sleutelposities inzetten voor de [[cultuur|culturele]] verheffing van Nederland. Van 1842 tot zijn dood in 1876 was hij lid van het hoofdbestuur van de [[Maatschappij tot Bevordering der Toonkunst]]. Het was vooral zijn verdienste dat de ''Collectio operum musicorum Batavorum saeculorum'' (een grote verzameling oude vocale muziek) in 1844 - 1859 door de Maatschappij werd gepubliceerd. Hij was ook hoofdbestuurslid van zowel de [[Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst|Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst]] als de [[Maatschappij tot Nut van 't Algemeen]]. In 1864 richtte hij de Koraalvereniging op, die al na een paar maanden veranderd werd in een algemene [[koor (zang)|koorvereniging]]. In 1868 richtte hij de [[Vereniging voor Nederlandsche Muziekgeschiedenis]] op.
 
==Heije als tekstdichter==
[[Bestand:Heije-kinderliederen-lam-1847.jpg|{{Largethumb}}thumb|rechts|''HetJan verdwaaldePieter lam'' in het boekHeije, ''[[Kinderliederen (liedboek)|Kinderliederen]]'' (druk van J.P1847; 1e druk 1843). HeijeGeïllustreerd voorblad.]]
[[Bestand:Heije-kinderliederen-lam-1847.jpg|thumb|'Het verdwaalde lam' in het liedboek ''[[Kinderliederen (liedboek)|Kinderliederen]]'' van J.P. Heije.]]
HijHeije heeft zelf ook bijgedragen aan vele liederen. Hij trachtte daarbij een brede laag van het volk te bereiken. Zo schreef hij de teksten voor vele kinderliederen, waarvan een aantal ook nu nog bekend is. Voorbeelden hiervan zijn '[[Daar zaten zeven kikkertjes|Er zaten zeven kikkertjes / Al in een boerensloot]]', 'In 't groene dal, in 't stille dal', 'Zie de maan schijnt door de bomen', 'Een karretje op den zandweg reed' en 'De Zilvervloot' (over [[Piet Hein (zeevaarder)|Piet Hein]]), die ook door de aansprekende muziek van de arts-musicus [[Joannes Josephus Viotta|J.J. Viotta]] populair zijn gebleven tot op de dag van vandaag. Ook de vooraanstaande [[componist]] [[Johannes Verhulst]] heeft - met meer artistieke ambitie dan Viotta - veel gedichten van Heije getoonzet, waarbij zijn technisch veeleisende melodieën in spanning komen te staan met de eenvoudige teksten van Heije. Bij de toonzettingen van Viotta vormt de eenvoudige melodie meer een eenheid met de tekst.
 
Ook schreef hij veel teksten voor geestelijke liederen. Vooral heeft hij veel [[Koraal (muziek)|koralen]] op zijn naam staan. Koralen beschouwde hij als liederen van maximaal vier [[Strofe|coupletten]] waarin één enkele hoofdgedachte of gemoedstoestand voorkomt. In het ''[[Liedboek voor de Kerken]]'' staat nu nog maar één lied van zijn hand: ''Gezang 464 "Alle volken, looft de Here"''. Hij trachtte met zijn liederen een brug te slaan tussen [[Protestantisme|protestantse]], [[Rooms-katholieke Kerk|rooms-katholieke]] en [[Jodendom|joodse]] [[kerkmuziek]].