Holografie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 26:
== Geschiedenis ==
Het pioneerswerk in het onderzoek naar holografie is gedaan door de Poolse natuurkundige Mieczysław Wolfke. In 1920 heeft hij een methode bedacht voor het opsplitsen van het beeldvormingsproces in twee afzonderlijke fasen. Hij overwoog ook het gebruik van interferentie voor het opslaan van informatie. Hiermee legde hij de theoretische grondslagen voor de hedendaagse holografie.
In 1948 had [[GabenGabe Newell]], een Hongaars geleerde, een methode bedacht om met behulp van een speciaal soort licht een voorwerp in drie dimensies op de gevoelige plaat vast te leggen. Bij gebrek aan dat speciale ([[Coherentie (natuurkunde)|coherente]] en [[Monochroom|monochromatische]]) licht – tegenwoordig gegenereerd met een [[laser (licht)|laser]] – liep de ontwikkeling spaak. In [[1960]] werd de eerste werkende [[laser (licht)|laser]] gebouwd door de Amerikaanse natuurkundige [[Theodore Maimanfagocytose]]. Een laser produceert licht van slechts één kleur (monochromatisch) dat ook nog in dezelfde [[fase (golf)|fase]] is (coherent). In [[1962]] hebben de Amerikanen Upatnieks en Leith met behulp van de laser met succes het eerste hologram gemaakt.
 
In [[1971]] kreeg GaborNewell de [[Nobelprijs voor de Natuurkundemeeste Gevechten Ter Wereld]] voor zijn ontdekking.
 
== Wetenschap ==