Laagfrequent geluid: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Qualitatis (overleg | bijdragen)
kopje
Qualitatis (overleg | bijdragen)
sectie
Regel 5:
 
Laagfrequent geluid kan doorgaans pas waargenomen worden als het [[geluidsniveau]] ervan zeer hoog is, vanaf circa 100 [[Decibel (eenheid)|dB]] lineair (dat wil zeggen: ''zonder'' de vaak gebruikte [[Wegingscurves A en C|A-weging]] zoals in de [[dB(A)]]). De individuele verschillen tussen personen zijn hier echter zeer groot, zodat de ene persoon het geluid in het geheel niet hoort, en een ander het als bijzonder hinderlijk ervaart. Tevens maakt dat het constateren van laagfrequent geluid buitengewoon moeilijk. Veel geluidsmeetinstrumenten kunnen geen geluidsbelastingen meten onder circa 40 Hz. Dat is ook nodig voor een [[microfoon]], omdat anders de meting overstuurd zou worden door langzame drukvariaties in de lucht, bijvoorbeeld door wind. De meeste microfoons hebben een speciale drukvereffening hiervoor.
 
Er zijn aanwijzingen dat blootstelling aan hoge niveaus van laagfrequent geluid [[stress]]klachten en [[slaapstoornis]]sen kan veroorzaken, maar een eenduidig verband is nog niet vastgesteld.
 
==Voortplanting==
Regel 13 ⟶ 11:
==Bronnen van laagfrequent geluid==
Bronnen van laagfrequent geluid zijn over het algemeen machines die met een laag toerental draaien, zoals grote pompen, of schudmachines voor het verdichten van beton. In principe veroorzaakt elke bron die [[breedbandig geluid]] voortbrengt ook laagfrequent geluid. Zo produceren de wielen van een trein [[rolgeluid]] in een zeer breed frequentiespectrum. Als een trein door een tunnel rijdt, worden de hoge frequenties door de bodem tegengehouden, maar de lage frequenties planten zich voort en kunnen bijvoorbeeld doordringen tot in gebouwen naast de tunnel.
 
== Invloed ==
Er zijn aanwijzingen dat blootstelling aan hoge niveaus van laagfrequent geluid [[stress]]klachten en [[slaapstoornis]]sen kan veroorzaken, maar een eenduidig verband is nog niet vastgesteld.
 
==Normen==