Gustav Simon: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting |
|||
Regel 10:
== Luxemburg ==
Dit veranderde in 1940, toen [[Luxemburg (land)|Luxemburg]] bezet werd. Simon kreeg de civiele administratie van het Groothertogdom toebedeeld, aanvankelijk onder supervisie van het militaire bestuur van [[Von Falkenhausen]].
Simon werkte hiertoe samen met de collaborerende Volksduitse Beweging (VDB) van professor Kratzenberg, maar diens beweging groeide slechts doordat Simon moest dreigen met ontslag voor hen die niet lid werden. Verder verbood hij de Franse taal en het gebruik van Franse uitdrukkingen. Frans klinkende achternamen moesten
Dit, alsmede de afkondiging voor de dienstplicht voor jonge mannen, leidde op 31 augustus 1942 tot een staking in het noordelijke plaatsje [[Wiltz]], die zich uitbreidde tot een [[nationale staking]]. Simon reageerde met het uitroepen van de [[noodtoestand]]
Ook de Luxemburgse joden moesten het ontgelden. In 1940 woonden er 3,800 joden in Luxemburg, waarvan een groot deel vluchtelingen uit nazi-Duitsland. Tweeduizend van hen vluchtten bij het begin van de invasie, waarna de 1,800 overblijvers aan een toenemende repressie werden onderworpen. De Neurenberger wetten werden van toepassing verklaard, joden kregen een avondklok opgelegd, werden ontslagen, en onteigend van hun bezittingen. De synagogen werden verwoest. Tussen augustus 1940 en oktober 1941 werden in totaal 619 joden het land uitgezet. Daar hun eindbestemming, Spanje, hen niet wilde opnemen, werden ze uiteindelijk van hot naar her gesleept. De overgebleven joden werden, voor zover ze niet onderdoken, gearresteerd en in het oude klooster van [[Cinqfontaines]] geconcentreerd. Het ging hier om 683 personen. Van hieruit werden ze in groepjes gedeporteerd: aanvankelijk naar het [[getto van Łódź]], vanaf april 1942 rechtstreeks naar de werk- en vernietigingskampen in Polen. Slechts 43 personen keerden terug.
|