Macrinus (keizer): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
JRB (overleg | bijdragen)
JRB (overleg | bijdragen)
Regel 46:
 
Aangezien Caracalla geen kinderen had, stierf met hem de lijn van de stichter van de dynastie [[Septimius Severus]] uit. Dit betekende het voorlopige einde van de [[Severische dynastie]]. Het voor de oorlog tegen de Parthen verzamelde leger was trouw aan die dynastie, maar moest nu noodgedwongen een opvolger voor Caracalla kiezen. Blijkbaar slaagde Macrinus er in zijn betrokkenheid bij de moord te verhullen. Aanvankelijk vond hij echter weinig steun. De soldaten zagen veel meer in [[Marcus Oclatinius Adventus]], zijn collega praetoriaans perfect. Deze was echter al op gevorderde leeftijd en kon nauwelijks nog zien. Ook het feit dat Adventus analfabeet was, werd niet als storend gezien. Van beslissend belang was dat Adventus zich vanuit het perspectief van het leger op militair gebied had bewezen, dit terwijl Macrinus op geen enkele militaire prestatie kon bogen.<ref> {{aut|[[Herodianus]]}} 4, 12, 1-2.</ref> Het was pas nadat Adventus met een verwijzing naar zijn leeftijd de keizerlijke waardigheid had geweigerd, dat de soldaten zich na dagenlange twijfel lieten overhalen om Macrinus op 11 april tot keizer te verheffen. Deze was, zoals het hoorde, bang om zijn ambitie te tonen, en nam zijn verheffing met schijnbare tegenzin aan.<ref>{{aut|Cassius Dio}} 79 (78), 11, 4-6; 79 (78), 14, 1-2</ref> Met zijn keizerlijke naam ''Marcus Opellius Severus Macrinus'' knoopte hij demonstratief bij de Severische traditie aan.<ref>{{aut|Gabriele Marasco}}. ''L'idéologie impériale de Macrin''. in: 'Revue des Etudes Anciennes' 98, 1996, blz. 187-195, hier: 189-191.</ref>.
 
=== Verhouding met de senaat ===
[[Bestand:054 Macrinus.jpg|thumb|right|200px|[[Denarius]] van Macrinus.]]
Macrinus was de eerste keizer in de Romeinse geschiedenis, die op het moment van zijn verheffing tot keizer niet tot de senatoriale stand behoorde. Hij maakte deel uit van de [[eques|ridderlijke]] stand.<ref>{{aut|Cassius Dio}}, 79 (78) 14, 4.</ref> Hoewel Caracalla hem in het begin van het jaar 217 zowel de ''ornamenta consularia'' (rangonderscheidingstekens van een [[consul (Rome)|consul]]) als de titel ''vir clarissimus'' ("hooggespecteerde man"), die eigenlijk alleen bestemd was voor leden van de senatoriale stand, had verleend, was daaraan toch geen opname in de [[senaat (Rome)|senaat]] verbonden.<ref>{{aut|Paolo Cavuoto}}: ''Macrino', Napoli 1983, blz 12'.</ref> Dergelijke onderscheidingen konden weliswaar gezien worden als verhoging van rang, maar betekenden niet, dat de geëerde voortaan een zetel in de Senaat kon innemen en daadwerkelijk gelijk gesteld werd aan een consul, dus een senator werd. Dat het bezit van de ''ornamenta consularia'' niet gelijk stond aan een afgesloten, werkelijke uitoefening van het ambt van consul, bevestigde Macrinus zelf door het consulaat, dat hij in het jaar 218 als keizer op zich nam, als zijn eerste te beschouwen.<ref>{{aut|Cassius Dio}} 79 (78), 13, 1-2.</ref> [[Staatsrecht]]elijk betekende zijn verheffing tot keizer een belangrijk [[precedent]]; het lidmaatschap van de senaat was nu niet langer een [[noodzakelijke voorwaarde]] voor het verkrijgen van de keizerlijke waardigheid.
 
==Probleem met de Parthen==