Fabrizio Ruffo di Calabria: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting |
|||
Regel 11:
== Afkomst en roeping ==
In 1795 kreeg Ruffo [[dispensatie (kerkelijk recht)|dispensatie]] om aan het hof van [[Ferdinand I der Beide Siciliën|Ferdinando IV]] administrator van het [[Paleis van Caserta]] te worden. Hij volgde de koning in ballingschap naar [[Palermo (stad)|Palermo]].
Hij was
De paus benoemde hem in 1817 tot [[grootprior]] van de soevereine [[Orde van Malta]] voor de [[Kerkelijke Staat]]. In 1819 kwam hij aan het hoofd te staan van de Apostolische Kamer toen hij benoemd werd tot camerlengo ( ''Camerarius Camerae Apostolicae''). In [[1823]] had hij de taak als [[kardinaal-protodiaken]] de uitslag van het [[conclaaf]] te verkondigen aan de wereld met het bekende ''[[Habemus Papam]]''.
Regel 21:
== Familie ==
Kardinaal Ruffo, was niet de enige in de familie die deel uitmaakte van de hoogste [[Geestelijke|clerus]]. Andere hoge geestelijken uit deze familie waren:
* [[Antonio Maria Ruffo di Calabria]], 1687-1753, kardinaal-priester
|