Aandacht: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 30:
 
==Aandacht als selectie==
[[Bestand:selectie.PNG|400px|thumb| Rechts: voorbeeld van een visuele selectietaak met neutrale (boven) en locatie (onder) cues. Een dia met cue wordt steeds gevolgd door een dia met vierkant. Links: ERPs op vierkanten voorafgegaan door neutrale en locatiecues. De vergrote P1- en N1-componenten weerspiegelen het effect van coverte aandacht (gesymboliseerd door de rode bundel) voor de waargenomen figuur. Merk op dat dit effect ook optreedt voor prikkels waarop met niet hoeft te reageren.]]Aandacht kan ook gezien worden als een proces van selectie. Men spreekt ook wel van gerichte aandacht. Deze vorm van aandacht is vooral met perceptuele (waarnemingswaarnemingen)functies geassocieerd. De wereld die ons omringt, bevat namelijk vaak zóveel informatie dat wij niet in staat zijn dit allemaal tegelijk te verwerken. Selectie is nu het proces waardoor bepaalde gebeurtenissen of prikkels uit de omgeving met voorrang door de hersenen worden behandeld. In een typisch selectieve aandachtsexperiment (zie ook figuur) worden bijvoorbeeld op linker- en rechterlocaties van een beeldscherm door elkaar rode of zwarte vierkanten aangeboden. De kleur en locatie van de vierkanten is onvoorspelbaar. De opdracht luidt nu zo snel mogelijk op een knop te drukken als er een rood vierkant verschijnt. De proefpersoon moet daarbij steeds de ogen op het midden van het beeldscherm gefixeerd houden. Als nu kort voor het verschijnen van een vierkant op met een pijl (een zogenaamde ''cue'') wordt aangegeven waar het vierkant zal verschijnen, zal men sneller op het rode vierkant reageren dan wanneer voorafgaande aan de figuur een neutrale cue, zoals een kruis, op het scherm verschijnt. Kennelijk helpt de informatieve cue ons om de locatie van het vierkant alvast voor te selecteren.
Eenzelfde soort experiment kan men opzetten met geluidsprikkels, hoewel de opzet daarbij iets anders is. In een beroemd experiment van Cherry<ref>Cherry, E.C. (1953). Some experiments on the recognition of speech, with one and two ears. J. Acoust. Soc.Am., 25, 975-979</ref> werden bijvoorbeeld via een koptelefoon verschillende zinnen tegelijk aangeboden aan het rechter- en linkeroor. De opdracht daarbij was alleen de zinnen op één oor na te zeggen (dit noemt men ook wel 'schaduwen'). Het bleek dat na afloop de proefpersoon geen details meer wist te noemen van het oor waarop hij niet had hoeven te letten. Blijkbaar was alleen de geattendeerde informatie geselecteerd: dat wil zeggen tot het geheugen doorgedrongen.