Kongogebied: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
(geen verschil)

Versie van 20 mei 2006 12:54

Het bos van het Bekken van de Kongo-rivier in Centraal-Afrika is het grootste tropische bosmassief na het Amazonewoud. Het bedekt meer dan 2 miljoen km².

Landen waar dit bos in ligt

  • Kameroen
  • Centraal-Afrikaanse Republiek
  • Gabon
  • Congo-Brazzaville
  • Democratische Republiek Congo
  • Equatoriaal Guinea
  • Tsjaad

Problemen

Door de buitensporige exploitatie van hout door buitenlandse ondernemingen is de ontbossing groot. Het zorgt voor ecologische schade: een vermindering van de biodiversiteit, maar ook gevolgen voor de economie door een verlies van financiële hulpbronnen op langere termijn.

Maatregelen

In 1999 ging er in Yaoundé een top door met de betrokken landen. Er is een project gelanceerd dat een beter beheer van de hulpbronnen op het gebied van bosbouw verplicht, door het toekennen van concessies en normen op het kappen van hout.

In 2002 ging de top van Johannesburg door, daar werd een partnerschap gevormd voor het bekken van Kongo gelanceerd door de Verenigde Staten, Frankrijk, de betrokken staten (landen die in het gebied liggen), de stille vennoten en NGO'S. Financiële steun moest het mogelijk maken een beschermingszones te creëren die 10 tot 15% van het massief bedekt. Internationale NGO'S die zich inzetten voor het milieu blijven zeer kritisch.

Op 5 februari 2005 was er in Brazzaville een top waar de betrokken landen weer samenkwamen. De president van Kameroen (Paul Biya), de president van Gabon (Omar Bongo Ondimba), de president van Tsjaad (Idriss Déby), de president van de Centraal-Afrikaanse Republiek (François Bozizé), de president van Equatoriaal Guinea (Teodoro Obiang Nguema Mbasogo) en Franse president (Jacques Chirac) waren aanwezig. Zij hebben een gemeenschappelijk actieplan goedgekeurd en een verdrag gemaakt dat een Commissie opricht voor de bossen van Centraal-Afrika (Comifac). Dit werd ondertekend om het internationale partnerschap te versterken dat in 2002 in Johannesburg wordt gelanceerd. Dit verdrag werd door Kongo-Brazzaville, de Democratische Republiek Kongo, Gabon, Tsjaad, Kameroen, Equatoriaal Guinea, de Centraal-Afrikaanse Republiek, Burundi, Rwanda en Sao Tomé getekend. De staatshoofden van de landen van het bekken van Kongo hebben eveneens het principe van een belasting op "de geëxporteerde fauna en de bosproducten" goedgekeurd om de ontoereikende hulp van de internationale financiële gemeenschap het hoofd te bieden.